403 bewesten den Pedirdijk ter doorzoeking tot taak ontviDgen tot aan de benoorden Lambaroe, Lehé, Bidoek en Ganoi gelegen, dichtbe groeide moerassen, welke zooals werd verondersteld, de vier com pagnieën in haar geheel dan wel gedeeltelijk wel zouden dwingen, wederom naar den Pedirdijk aan te fluiten. Yan de 2° compagnie van den Brandeler werd één sectie afge zonderd, om op den Pedirdijk te marcheeren tot dekking van den staf, te weten, den luitenant-kolonel Yetter en diens adjudant, den len luitenant Nijpels, den overste Barthelemij en diens adjudant, den lsn Luitenant Bonga, den kapitein van den generalen staf van Yliet en als amateur, den majoor Pompe van Meerdervoort en diens adju dant, den len luitenant Hansen. De vorenbedoelde 4 compagnieën infanterie losten zich op in eene breede linie van gesloten sectiën, de compagnieën Brongers en van den Brandeler beoosten, die van van Haeften en Bujjs bewesten den Pedirdijk. Aanvankelijk werd geen spoor van den vijand gezien. Zoodra evenwel de op den Pedirdijk voortschrijdende sectie van de compagnie van den Brandeler beoosten Bidoek, nabij Lambaroe gekomen was, opende de vijand, die zich aan den kop van den Pe dirdijk en ter weerszijden daarvan genesteld had, zijn vuur op die sectie. Inmiddels waren ddar ook tusschen Bidoek en Lambaroe de com pagnieën van Haeften en Buijs bijeen gekomen, die, „en marchant au canon", de sectie van den Brandeler op den voet volgden. Omstreeks terzelfdertijd waren de 3 overige sectiën van van den Brandeler de verlaten kampong Lambaroe ingerukt, terwijl de com pagnie Brongers meer Oostwaarts, niet ver van de Titi-Pandjang verwijderd, mede terrein naar voren won. Yoor de 9 sectiën infanterie, die op den smallen Pedirdijk, recht op den vijand moesten aanmarcheeren, zou het weldra een heete strijd worden. Aanvankelijk sprongsgewijze voortgaande en vuur afgevende op do stelling des vijands, begonnen weldra beduidende verliezen in te treden aan onze zijde. Was de sectie van van den Brandeler binnen enkele minuten vrij wel uit elkander geschoten, ook bij het onmiddellijk op die sectie vol-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 420