427 Met het oog op het vrij groot aantal Indische jongens bij de compagnie aanwezig, werd op de dagen dat erwtensoep, bruine boonen en aardappelen gegeten werd, ook rijst verstrekt. Onkosten. Aangezien het nemen der proef niet op last, maar wel met goedkeuring van den korpscommandant geschiedde, mochten de onkosten die op de proef vielen niet te hoog loopen. Alles wat benut kon worden tot dekking der onkosten werd aangewend; zoo werden ledige flesschen, Austr. vleeschblikken, boterblikken, spoe ling enz. verkocht; per vijf dagen werd f 1.50 of f 2.in het menageboek in uitgaaf gesteld voor aankoop van borden, en in een viertal maanden waren de onkosten bijna gedekt. Voordeelen. I6. Men kan vrij nauwkeurig bepalen, hoeveel voor eiken maaltijd aan hoofdvoedingsmiddelen, zooals rijst, erwten, boonen, aardappelen enz. verstrekt moet worden. Reeds de eerste maand der proef kon aan niet verstrekte vivres ruim 100. meer in ontvangst worden genomen. 2e. Het werk in de keuken is belangrijk minder, omdat er weinig keteltjes met eten opgeschept moeten worden; daardoor kon men een keukenkoelie minder hebben. 3®. De man behoeft niet meer, zooals veelal gebeurt, zijn ketel ie laten wasschen, hetwelk hem eenige centen bespaart. 4». Doordat de manschappen gezamenlijk eten, worden de kamers niet verontreinigd en daar het wasschen van het servies in de keuken geschiedt, wordt overgebleven eten niet door het kampement verspreid, zooals dat bij het eten uit keteltjes dikwijls wel het geval is. De eerste dagen van de proefneming ondervond ik geringen tegen stand zoo o. a. lieten enkele oude soldaten, die een stevigen borrel drinken, zich nu en dan uit, dat zij liever uit hun eetketeltje aten, want dan konden zij eten wanneer het hun gelegen kwam. Ook het keukenpersoneel en in het bijzonder de koelies, vonden het minder aangenaam dat eene goede oeconomie werd betracht, zoodat op een gegeven oogenblik al de keukenkoelies wegbleven, omdat zij het overgebleven eten uit de keteltjes niet meer konden verkoopen. Na verloop van enkele dagen ging de dienst in de keuken goed en was die veel eenvoudiger dan vroeger. De menage was 200 man sterk, waarvoor, ouder gewoonte, voor

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 444