442
ren Spectator niet gedeeltelijk ook gerecruteerd werden onder hen,
die zich een air wilden geven van studiezin?
Zeker is het wel, dat slechts zeer enkele officieren zich geroepen
achtten de pen op te nemen, ter voorlichting van hunne kameraden,
ter bepleiting van de belangen van het Indische leger, of tot versprei
ding van de kennis zijner daden. En het schrijven was onder de
actief dienende officieren ook nooit aangemoedigd; de auteurs, die
naam maakten, deden dit veelal nadat zij den dienst hadden verlaten,
zooals Lange en Yan Rees. De Java-oorlog werd, twintig jaren
nadat hij geëindigd was, beschreven door een officier van het Hol-
landsch leger!
Er waren uitzonderingen. Ook in actieven dienst schreef Lange reeds
in den Militairen Spectator, tot ergernis van den vroegeren leger
commandant, generaal H. de Stuers; de kapitein later generaal
A. Meis gaf in hetzelfde tijdschrift eene beschrijving van den oorlog
tegen Palembang in 1819 en 1821, en begon in het Indisch magazijn
een verhaal van onze krijgsverrichtingen ter Westkust van Sumatra.
Maar „het beloofde vervolg bleef achter wegens de censuur".
Dit feit teekent. En men kan het den Indischen officier van dien
tijd waarlijk niet euvel duiden, dat hij, aldus gedrongen door de
hoogste autoriteiten, het stilzwijgen bewaarde! Als zelfs het schrijven
van opstellen van zuiver historischen aard werd tegengegaan of belet,
wie zou zich dan wagen aan critiek De latere generaal-majoor Penning
Nieuwland had trouwens reeds in 1835 ondervonden, hoe gevaarlijk het
„vrijmoedig" uiten zijner „gedachten" voor een Indisch officier kon zijn.
Maar langzamerhand ontstond toch de behoefte aan een eigen
orgaan voor het Indische leger, en in 1864 werd te Soerabaja een
militaire courant, later een tijdschrift uitgegeven. Het vond in 1867,
meeneu wij, den dood door bloedarmoedede medewerkers ontbraken.
Om de afleveringen te kunnen uitgeven moest men plaatsen wat men
krijgen kon, en het gehalte werd er alzoo niet beter op.
Eene tweede poging slaagde al evenmin. In 1868 kwam Mars
te Samarang, zich als orgaan van het Indische leger aanmelden, doch
wegens te geringen steun moest het reeds medio 1869 ophouden te
bestaan.