456
maakten verschoppeling besiudeeren. Maar de stukken moeten mij
nu uli° 1879 nog gegeven worden. Op het Plein, noch op het
Koningsplein, moedigt men, schijnt het, historische navorschingen aan."
Om alzoo dit bezwaar te ontgaan, zal men het stuk den vorm
gegeven hebben van een schijnbaar oorspronkelijk artikel.
Gelukkig zijn thans althans „op het Plein", dergelijke akals
niet meer noodig. Wij persoonlijk hebben dat bij ondervinding vijf
achtereenvolgende ministers van koloniën, van verschillende richtingen,
hebben ons vrijen toegang tot hunne archieven, loopende tot uit0 1872
(de grens dien wij zelf gesteld hadden) verleend, met machtiging,
daaruit alles openbaar te maken waarvan wij, uit een historisch oog
punt, de openbaarmaking wenschelijk achtten.
Inderdaad een groote vooruitgang, ten aanzien van het nut der
publiciteit, in weinige jaren!
Nu wij van oude belangrijke archiefstukken spreken, worde hier
nog eene opmerking geplaatst. Zij is, dat in den ouden tijd, toen
er nog niets gepubliceerd werd, van die stukken betrekkelijk veel
afschriften werden gemaakt. Zoo vinden wij in het „Voorbericht"
van het „Belangrijk verslag" over Banda van Reinier de Klerk (1756),
onlangs door den heer C. A. M. van Vliet gepubliceerd, medegedeeld,
dat den uitgever op Banda welwillend inzage werd verleend van (een
afschrift van) dat verslag, en dat hij niet rustte voordat hij daarvan
weder een afschrift genomen had. (Juist zooals het in den goeden
„ouden tijd" altijd ging!)
Zoo kennen wij afschriften van van Basei's „radicaale" beschrijving
van Sumatra's Westkust, een ander afschrift van het bovenbedoelde
rapport van Mac Gillavry, een afschrift van het „berigt nopens het
Eiland Balie", door den Commissaris H. A. van den Broek na zijn
reis (1818) ingediendeen afschrift van het „humoristisch" rapport van
van Sevenhoven over Billiton in 1823, enz. Meis bezat, toen hij zijn
belangrijk verslag over de Palembangsche toestanden schreef (1850),
blijkbaar een afschrift van Michiels' standaardbrief van 1842, die nog
niet' gepubliceerd was, maar waaraan hij citaten ontleende.
Zoo wist men zich in vroegere jaren te „behelpen". Maar toch,
hoogst gebrekkig! Neen, openbaarheid alleen kan leiden tot kennis,
en de beste wijze om archieven te bewaren, is: ze te publiceeren.