462 - kapitein, Gejj van Pittius, was voor die zending bestemd wees de Indische regeering het voorstel van de hand Waarom gaat er niet een onzer officieren naar Cochin China? Voor al dergelijke „buitengewone" opdrachten zullen de geschikte liefhebbers niet ontbreken. De geringe kosten, daaraan verbonden, kunnen geen bezwaar zijn, want 2e brengen ruimschoots reute op. De jaargang 1889 wordt voor een goed deel ingenomen door onze „Bijdragen tot de geschiedenis van Palembang sedert 1848". Wij maken hiervan melding, niet om over ons-zelven te spreken; op stellen van onze hand, in de voorafgaande jaargangen opgenomen, lieten wij onvermeld, maar om de aandacht van onze officieren, in het bijzonder van hen, die bij het Departement van Oorlog ge plaatst zijn en dus de bronnen onder hun bereik hebben, te vestigen op de vele leemten, die nog in onze krijgsgeschiedenis bestaan. Voor Sumatra's Westkust, en voor geheel Indië over het tijdvak dat on geveer tusschen 1850 en 1860 besloten ligt, hebben wij in de laatste jaren, uit het archief van het Departement van Koloniën, vele gege vens openbaar kunnen maken in de Bijdragen van het Indisch Instituut, in de Indische Gids, in het Militair Tijdschriftenz.maar ....vooral uit een militair oogpunt is dergelijke arbeid nog zeer onvolledig. De detailrapporten betreffende de oorlogen, in vroegere jaren in Indië gevoerd, liggen niet, of slechts gedeeltelijk, op het Plein in den Haag: zij liggen, met de gevoerde correspondentie, bij het Departement van Oorlog te Weltevreden Wij zullen niet beweren, dat onze opstellen geene waarde hebben indien wij dat dachten, hadden wij ze niet geschreven, veel minder gepubliceerd. Maar wij weten, misschien beter dan een ander, welke gebreken er aan klevenen juist daarom dringen wij er op aan, dat zij, die met ons overtuigd zijn van de noodzakelijkheid eener onopgesmukte volledige krijgsgeschiedenis, de militaire archieven, aan gevuld door die, ter Algemeene Secretarie aanwezig, exploiteereD. Daar is nog een rijke oogst binnen te halen, en, dat gelooven wij zeker, aan medewerking der autoriteiten zou het niet ontbreken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 479