514
ook om het voor vallen te bewaren, en om te velde na een aanval
vlug te kunnen omkeeren en terugrijden).
Wanneer men nu een dusdanig geschoold paard met de teugels
aanhoudt en tegelijkertijd voortdrijvende hulpen aanbrengt, zoo zal
het, van den eenen kant ingehouden en van den anderen aangezet,
de borst vooruit werpen en in drift de beenen oplichtendoch
natuurlijk niet zoo lenig alsof het niet bereden was. Geeft men het
op deze wijze in vuur gebrachte paard de teugels, dan zal het, zich
door de lichte besturing van het mondstuk vrij gevoelend, uit pleizier
in eene trotsche houding, met lenige beenen moedig voorwaarts gaan
en een prachtig figuur maken. En wie zoo'n paard ziet, zal zeggen
dat is een edel, gewillig, ridderlijk, moedig en trotsch dier; een weg
slepend en tegelijk ontzaglijk gezicht.
Dit alles tot nu geschrevene is voor hen, die liefhebbers van
zulke zaken zijn.
ELFDE HOOFDSTUK.
Wil iemand een schoon, goedgaand en vlot paradepaard (1) tot
zijne beschikking hebben, dan is dat niet uit ieder paard te verkrij
gen, want daartoe behoort het werkelijk intelligent te zijn en een
krachtig ruiter te hebben.
Menigeen denkt, dat een paard met lenige beenen ook het lichaam
gemakkelijk moet kunnen bewegendit is echter niet zoodoch een
paard met buigzame en tegelijk korte en sterke lendenen, zal de achter
hand ver onder de voorhand vooruit kunnen zetten. Als men nu op het
oogenblik, dat het paard voorgrijpt, met de teugels aanhoudt, zoo buigt
het de achterhand in de spronggewrichten en verheft het de voorhand,
zoodat iemand, die er voor staat, den buik kan zien. Men moet echter,
(1) Het woord paradepaard komt vrijwel overeen met het grieksche Tpompikos",
pronk of prachtroa, zoodat het denkelijk wel zijn naam ontleent aan de feestelijke
optochten „pompae" bij gelegenheid der groote Godenfeesten n.l. de Panathenaeën en
de daaraan verbonden wedrennen van allerlei soort. Het was, zooals bekend is, eene
hoofdzaak voor de rijke ridders van Athene zulke feesten door hun schitterend
optreden te verheerlijken en bij de wedrennen te toonen, wat zij met hun strijdros
konden uitvoeren. Het is merkwaardig', dat van de afbeeldingen van meer dan 200
paurden voorkomende aan de friezen van het Parthenon slechts vier in draf of eigenlijk
in stap, doch alle andere als in galop zijnde, afgebeeld voorkomen.