"V DR, X .A..
Neder landsch-lndisch Plakaatboek XIIe deel.
Dispositie 11 September 1798.
Aanbesteding der levering van 400 Boegineesche en Makasaarsche
slaven tot het vormen van een korps artilleristen.
Deze moesten zoovele Chineezen vervangen, die als artilleristen gebruikt
werden, maar slecht voldeden, „als niet vatbaar zijnde voor eenige
„subordinatie en ook die activitiet en handigheid niet bezittende, welke
„zoo noodzakelijk in een arthillerist vereischt worden."
Dispositie 22 December 1798.
„Toekenning van tafel- en bureau-geld, ten bedrage van 600 rijksdaal
ders s maands, aan den Chef over de Indische troepen."
De motieven die voor deze toekenning werden aangvoerd, luiden als volgt:
„dat de heer generaal major der Bataafsche republicq en chef over de
Indische troepen, Nordman, van het aan denzelven toegelegde tractement,
hetwelk, in Indiesch geld bereekend, niet veel boven rds. 420's maands
bedraagd aan contanten, wanneer er de gewone agio op het papier van
crediet word afgetrokken, onmoogelijk kan leeven overeenkomstig de
rang, door zijn Edele bekleed, en de gemanifesteerde intentie van de
heeren superieuren om den militairen stand in deze gewesten meerder
luister bij te zetten
dat het hoog tijd word om daarin te voorzien, vermits de heer Nord-
man niet in staat is om zonder schulden te maaken zijn huis ordentelijk
te meubileeren, waartoe een ieder weet, dat een geheel jaar van het
voorschreeven tractement niet eens toereikende zoude zijn, veel minder
nog om in deeze duure tijden deszelfs menage zodanig in te richten, als een
commandant en chef behoord te doen om van tijd tot tijd zijne onder
hebbende officieren behoorlijk te kunnen onthaalen, ten einde geleegenheid
te hebben om derzelver aard en inborst van nabij te leeren kennen, dat
zonder eene gepaste, gemeensame zaamenleeving, zo niet onmoogelijk, ten