70 Hoewel iu deze berekeningen door de bijvoeging van 6% voor uitzendingskosten op alle bestanddeelen, dus ook op hulzen, kogels buskruit enz. in wier prijzen belangrijke bedragen aan arbeisioonen begrepen zijn, en ook op artikelen, die hier worden aangeschaft, ongunstig voor de Indische patroonfabriek is gerekend, is toch het prijsverschil met de Sederlandsche patronen zeer aanzienlijk. Voor deze toch wordt in Indië naar gelang het scherpe of losse zijn f 0,085 en f 0,07 per stuk in rekening gebracht. Het prijsverschil bedraagt alzoo per 1000 scherpe patronen8532,45 f 52,55 los8e 70— 25,335 44,665 of voor 5 millioen scherpe en 1 millioen losse patronen, dat is jaar lijks 5000 x 52,55 -f- 1000 X 44,665 f 307,415, zegge: meer dan drie tonnen gouds per jaar. Aan deze laatste wijze van voorziening in de behoefte van het In dische leger zal dan ook wel door niemand ernstig worden gedacht; maar ook de toezending van hulzen uit Europa, die bij oppervlakkige be schouwing uit een finaucieel oogpunt werkelijk aanbevelenswaardig schijnt, blijkt bij ernstig onderzoek volstrekt onaannemelijk. De te voren berekende som van f 80000 'sjaars, waarmede de Indische begrooting door dien maatregel zou worden belast is, zooals toen reeds werd aangeteekend, te klein; niet alleen omdat de algemeene onkosten der P. W. door de opheffing der patroonfabriek tot mins tens 100 °/0 zouden stijgen, maar ook omdat een evenredige schade op de hulzen voor revolverpatronen ontstaat. Wij wenschen omtrent het werkelijke bedrag echter geen nadere begrooting te maken, daar ook uit het thans reeds gevondene meer dan voldoende blijkt, dat het behoud der patroonfabriek, ook uit een financieel oogpunt, voor het Indische leger een volstrekte noodzakelijkheid is. Deze conclusie geldt niet uitsluitend voor de tegenwoordige pa tronen afgescheiden daarvan, dat uit een oogpunt van weerbaarheid die noodzakelijkheid steeds blijft bestaan, kan met zekerheid gezegd worden dat de jaarlijksche besparing aan uitgaven door aanmaak van de hulzen in Indië zoo aanzienlijk is, dat ook bij invoering van een Dieuwe patroon de uitgaaf in eens om de Indische patroonfabriek op den aanmaak daarvan in te richten, niet slechts volkomen gewettigd

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 81