186 niet kunnen neerleggen bij eene uitvoering door elk individu van diens eigen natuurljjken pas, maar ter wille van het algemeen, een specifiek militairen pas moeten eischen. Die pas nu laat aan den soldaat niet heel veel vrijheid. Hij vor dert in den regel een sehooneD gaDg en bevat volgens Boehme al de nadeelen van het stilstaan in zich, waardoor de krachten der manschappen dan ook verkwist worden. Toch kan men zich geen goed gedisciplineerd leger denken zonder regelmatigen militairen pas, en wel regelmatig in uitvoeringswijze, in lengte en in snelheid. Het komt er dan echter maar op aan om voor militair gebruik een pas aan te nemen, die bij al de voordeelen, die hij bezit (en die voor militaire lezers zeker niet behoeven onder woorden gebracht te worden), de minst mogelijke nadeelen heeft. Zoo'n militaire pas eischt dan ook: eenvoudigheid van uitvoering, oordeelkundige lengte en in verband daarmede rationeele snelheid. Hij moet den man zoo min mogelijk vermoeien, en zoo lang moge lijk op adem houden. Om zich een goed denkbeeld te kunnen vormen van den invloed der zooeven genoemde eischen, die aan den militairen pas moeten gesteld worden, is het noodig om ook een blik te slaan in de theorie van het „krachtverbruiken" bij het langzame en van het „buiten adem raken" bij het snelle gaan. Tot dat doel wil ik trachten hier in beknopten vorm weer te geven, wat dienaangaande door den Heer van Aken, in zijne hier voren ge noemde opstellen werd gezegd, en dat op het ondervolgende neerkomt Alle lichamelijke arbeid geeft aanleiding tot meer dan gewone stofwisseling, die geschiedt door verbranding, onder vorming van koolzuur in het aderlijk bloed, dat dan bij den overgang tot slag aderlijk bloed weer van het overtollige koolzuur moet worden ontdaan. Dit laatste nu geschiedt voornamelijk door de werking der longen, die de daarvoor beuoodigde hoeveelheid zuurstof uit de dampkrings lucht opnemen en het overtollige koolzuur weer uitstooteD. Bij matigen arbeid gaat die werking der longen even gemakkelijk als in rust. Bij inspannenden arbeid geschiedt dit niet meer zoo vlot, dan wordt de hoeveelheid koolzuur, die in het bloed gevormd

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 147