138 zichtigheid, daar zij, te snel voortgezet, aanleiding geven tot bloed- ophoopingen in de longen, stijgende tot werkelijke bloedspuwing en de vruchtbare bron worden van allerlei hartgebreken. Met hoeveel tact ook geleid, ze blijven altijd tot de grootste ver moeienissen behooren; ze mogen dan ook alleen toegepast worden door korpsen, die uit uitgelezen manschappen bestaan, terwijl ze voor de gewone infanterie slechts bij hooge uitzondering en voor zeer kleine afstanden in practijk kunnen gebracht worden. Daarbij komt nog dat alleen jeugdige individuën die vermoeiende bewegingen kunnen volhouden en dus een groot gedeelte der com pagniescommandanten hunne manschappen toch niet in die versnelde beweging zouden kunnen volgen. Hij waarschuwt dus tegen de invoering dezer bewegingen anders dan bij keurkorpsen van uitgezochte individuën. Italië bezit derge lijke korpsen in de bersaglieriregimenten, doch de oordeelvellingen daarover zijn niet onverdeeld gunstig. Velen zien b.v. groote nadeelen in het feit, dat zij overal waar zij met de gewone infanterie gezamenlijk moeten optreden, hun geheele voordeel van vlug marcheeren verliezen, en beweren dat dit voordeel ook geheel en al verloren gaat als zij op zich zelf, doch in grootere verbanden optredende wrijving wordt dan te sterk. Voor de weinige gevallen waarin zij positief nut zouden kunnen afwerpen, achten zij de moeiten aan de oefeningen besteed en de opofferingen aan de aanvulling gebracht, onevenredig groot. De heer van Aken geeft nog ter beoordeeling eene opgave van de diepte van ademhaling bij verschillende marschsnelheden (van enkele individuën). Zij bedraagt als men de diepte der ademhaling bij het liggen aanduidt met 1. bij het staan1.33, gaan van 3200 M. in het uur (gewone wandelpas) 2.76, 4800 (matige marschgang) 3.22, V n 6400 (flinke marschgang) 5.—. j, 9600 v (versnelde marschgang). 7.—, Ter beoordeeling der krachtsverbruiking bij gewone marschen verdienen de meeningen van den Franschen Generaal Lewal (1) (1) Lnwal: Tactique des ravitaillements" pag. 102.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 149