146
Daarom beveel ik den Minister in het bijzonder aan deze quaestie
grondig te» onderzoeken en na te gaan, of het niet noodig en nuttig
zoude kunnen zijn, daartoe een stafofficier naar Britsch-Indië
af te vaardigen. Financieel bezwaar kan daartegen niet bestaan,
want voor dien handarbeid kunnen eenvoudige bamboe-loodsen ge-
gebruikt worden.
Bij verschillende gelegenheden heb ik aangedrongen op uitbreiding
van de vergunning tot het aangaan van een huwelijk. Na hetgeen
de Minister ons heeft geantwoord, wil ik er alleen 's Ministers aan
dacht op vestigen, dat er uit een financieel oogpunt zeker geen
bezwaar bestaat voor de onderofficieren tot uitbreiding van vergun
ning over te gaan, daar de onderofficieren niet lang in Indië blijven,
aangezien de maatschappelijke positie van een militair beneden den
rang van officier niet zoo heel aangenaam is.
Eene zaak van groot belang is de quaestie der nagelaten betrek
kingen van gesneuvelde militairen beneden den rang van officier.
Tengevolge van de ramp te Lombok is er een fonds voor die nage
laten betrekkingen gesticht. In 1889 zijn nieuwe bepalingen gemaakt
om aan de weduwen en weezen van gesneuvelden of van militairen,
die binnen het jaar aan hunne wonden overleden zijn, zeker pensioen
te geven. Ook heeft de Minister, volgens het besluit van 1875,
de bevoegdheid aan de betrekkingen dier gesneuvelden zekere dotatie
of jaarlijksche gift toe te kennen. Is nu de tijd niet gekomen om
een pensioenfonds te stichten voor de weduwen en weezen van mili
tairen beneden den rang van officier, op dezelfde wijze als er een
pensioenfonds voor weduwen en weezen van officieren bestaat? De
weduwen en weezen van diegenen, die niet gesneuveld zijn of niet
binnen 12 maanden aan de gevolgen hunner wonden overleden zijn
blijven nu geheel onverzorgd achter.
Dit acht ik niet billijk, want de man die niet gewond werd heeft ook
zijn leven veil gehad, evenals hij die ongelukkigerwijze door een
kogel is getroffen. Daarom geloof ik, dat er gezorgd moet worden
voor de weduwen en weezen van alle militairen beneden den rang
van officier. Maar daarvoor behoeft de Staat niet te zorgen. De
Staat zou daartoe kunnen in het leven roepen een wettelijk pensioen
fonds, en men zou de gehuwden kunnen verplichten om daarin zekere