164 En in hoeverre heeft de cavaleriecommandant voor Kota-Toeankoe zich ingelaten met het vuur der artillerie? Slaan wij daartoe het relaas der handelingen van de cavalerie op (aflevering 4, blz. 318), dan lezen wij: De commandant der cavalerie en twee ruiters naderden de versterking, om het artillerievuur waar te nemen en op verzoek van den colonne commandant reed de commandant der cavalerie naar den batterij commandant, om zijne bevinding mede te deelen. Wat is hierin datgene, „wat toch waarlijk niet aangaat, zooals de oud-hoofdofficier zich uitdrukt. De woorden „op verzoek van den colonnecommandant" schijnen door den oud-hoofdofficier niet te zijn opgemerkt, doch afgescheiden daar van meenen wij toch, dat het de plicht is van de verkennende cavalerie, om gedurende het gevecht op de flanken te blijven verkennen, om daar onder meer de uitwerking van het artillerievuur waar te nemen en daaromtrent te rapporteeren. Waarin is nu de commandant der cavalerie zijne competentie te buiten gegaandienen niet alle wapens ééne koningin en moeten niet allen samenwerken tot het ééne doel! Wanneer de kapiteins Hoogeboom en Pop van hun leerboek over tactiek nog een deel IY uitgeven, handelende over de verbonden wapens, hopen wij dat de oud-hoofdofficier ook door dat deel met ons eene wandeling zal maken en voorzeker zal hij dan zien, dat het gewraakte wel degelijk de taak der verkennende cavalerie is. Nooit hadden wij gedacht aan het eind van het stuk, in welks begin wij de schoone woorden lazen vEen juiste blik op den oogenblikkelijken toestandwaarin zich de vijand bevindten op de gesteldheid van het terreintactische oordeelscherpteeen vast karaktereen besluitvaardige geest en eene groote mate van handigheid zijn daarom onontbeerlijke eigenschappen voor den cavalerie-officier," zinsneden te zullen aantreffen, die geschikt zijn den cavalerie- officier angstvallig te maken in zijne handelingen, te belemmeren in zijn initiatief en er zeker niet veel toe zullen bijdragen hunne tactische kennis te ontwikkelen. Cavalos.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 175