170 De financieele specialiteiten in 's Lands Vergaderzaal zouden er minstens kippevel van krijgen. Eene tweede rijke bron van bezuiniging is het artikel over plaatsingen". Deze dienen tot een „minimum" te worden beperkt. Zulk een „minimum" wordt echter niet bereikt, als b. v. door het buiten dienst geraken van een ritmeester te Weltevreden, de ritmeester van Soerabaia naar Weltevreden, die van Soerakarta naar Soerabaia en die van Salatiga naar Soerakarta gaat. Wij hebben eens indertijd op hoog gezag moeten nagaan, 't is al wat jaren geleden hoe druk de kwartiermeesters der militaire administratie werden overgeplaatst en kwamen toen tot het droeve cijfer, dat deze officieren zich gemiddeld slechts in een verblijf van 17 maanden per garnizoen mochten verheugen. En ongeveer evenzoo is het bij andere wapens en diensten gesteld. Voorzeker speelt de dringend noodzakelijke aanvulling der troepen te Atjeh in deze dure materie eene eerste viool, doch evenzeer is het waar, dat er op de overplaatsingen van het eene vredesgar- nizoen naar het andere ook nog heel wat valt te bezuinigen. Deze overplaatsingen hebben voor de schatkist bovendien eene veel ruimere beteekenis dan weleer, nu 65° officieren gehuwd zijn en dus de meerderheid met vrouw en kroost om passage van gouver- nementswege heeft te verzoeken. Zoo zouden wij ook wijzigingen in het reglement op de pensioenen van officieren en minderen willen aanbevelen, daar waar het Gouvernement overdadig mild is. Beloon den militair, die volbrachten diensttijd heeft, die voor den vijand verminkt wordt en die wegens lichaamsgebreken, ontstaan in en door den dienst, het leger moet verlaten, ruim, doch geef geen half pensioen aan hem, die de gelederen verlaat uithoofde van lichaamsgebreken, welke met den dienst niets gemeen hebben, en die daartoe slechts enkele maanden gediend heeft. Een officier van gezondheid, die b. v. een paar jaar of minder dienst heeft gedaan en het leger uithoofde van lichaamsgebreken

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 181