206
overgedragen op de Kroon, de Europeesche regimenten van de Compa
gniestroepen werden bij het Koninklijk Britsche leger ingelijfd en bij de
geheele veldartillerie werden alle Inlandsche batterijen door Europeesche
vervangen. Aan de Britsche Compagniesofficieren van de Inlandsche
regimenten werd het aanbod gedaan door de meesten aangenomen
om deel uit te maken van drie stafkorpsen (voor elk leger één) waaruit in
den vervolge alle officieren voor de Inlandsche regimenten zouden getrok
ken worden, zoomede die welke in civielen dienst werkzaam zouden
worden gesteld, en een gedeelte van de officieren benoodigd voor de
staven en diensten der drie legers.
De Punjab regimenten en korpsen, welke noodig waren voor het
bewaken der grenzen, werden tot eene afzonderlijke krijgsmacht onder
het Gouvernement van Punjab het Punjab grensleger vereenigd,
terwijl die, welke daarvoor niet noodig waren, met de trouw gebleven
Bengaalsche korpsen en met de in Hindostan nieuw opgerichte regi
menten het nieuwe leger van Bengalen vormden. De nieuwe regimenten
werden alle samengesteld naar de beginselen der ongeregelde korpsen
en het aantal Inlandsche troepen in Bengalen, Madras en Bombay op
de been gehouden was belangrijk minder dan voor het uitbreken van
den opstand, zoodat na dien tijd het aantal Inlanders tot dat der Euro
peanen staat als 2: 1, instede van als 5.5: 1 zooals vóór het uitbreken
van den opstand. Echter bleven ook nu de drie legers, wat het Inlandsch
gedeelte daarvan betrof, nagenoeg even sterk van elkander afgescheiden
als vroeger.
De opperbevelhebber in Indië tevens commandant van het leger
van Bengalen oefende omtrent alle zaken, de handhaving der krijgs
tucht en het beheer betreffende, het rechtstreeksch oppergezag uit,
over alle in Indië aanwezige troepen van het Britsche leger, onverschillig
bij welk der drie legers deze waren ingedeeld. De Inlandsche korpsen
der legers van Madras en Bombay stonden daarentegen niet onder zijne
onmiddellijke bevelen. Wel was de behartiging van dealgemeene belan
gen dier legers aan zijn oppertoezicht onderworpen, zoodat wijzigingen
in organisatie, bewapening, betalingen verpleging niet konden geschieden
zonder zijne goedkeuring en die van het Centraal Bestuur; wel behoorde
het tot zijne bevoegdheid om het Gouvernement te adviseeren waar het
gold de troepen dier legers ook in andere gedeelten van Indië te gebruiken,