217
digde gelden van de Station-paymastersdie ook de betalingstaten en
de verdere geldelijke verantwoordingen verifieeren en gedeeltelijk ook
opmaken. De hierbovenbedoelde regeling geldt voor Groot-Bnt-
tannië en Ierland, doch ook bij de Britsche regimenten in Indie zijn
geen paymasters meer aanwezig; bij de bataljons infanterie aldaar
vervult echter een der troepen officieren de functiëu van paymaster
en bij de regimenten cavalerie is de adjudant er mee belast.
Bij de batterijen artillerie worden de werkzaamheden vquarter
master en van paymasteronder verantwoordelijkheid van den batterij-
commandant, door onderofficieren verricht.
Behalve bij de mineurs en sappeurs, waarbij ook Europeesche
onderofficieren worden gevonden, zijn de Inlandsche korpsen van het,
Britsch-Indisch Leger samengesteld uit Europeesche en Inlandsche
officieren en Inlandsche onderofficieren en minderen. De Europeesche
officieren daarbij behooren allen tot het Indische stafkorps.
Dit korps is eene zuiver Britsch-Indische instelling en staat geheel
buiten het Koninklijk Britsch leger. Het bestaat uit officieren van
alle rangen en werd tot voor korten tijd geleden aangevuld met
jeugdige officieren van het Britsche leger, die minstens éen jaar bij
een Britsch regiment gediend haddenen niet ouder waren dan 25 jaar.
Deze officieren werden dan als probationers bij de Inlandsche regi
menten geplaatst en moesten, voor zij definitief bij het stafkorps
konden overgaan, met goed gevolg examen afleggen in Hmdostam, in
de dienstreglementen, in de tactiek van hun wapen (infanterie en cava
lerie) en in verschillende militaire vakken, zooals versterkingskunst,
topographie, militaire wetten enz. Sedert 1892 is deze wijze van
aanvulling veranderd. Tegenwoordig geschiedt de opleiding voor offi
cier van het stafkorps aan de Militaire Academie te Sandhurst in
Engeland. Ha afgelegd eindexamen gaan de jeugdige officieren naar
Indië, waar zij gedurende een jaar bij een Britsch regiment of batal
jon worden ingedeeld, om daarna bij een Inlandsch korps te worden
geplaatst, waar zij binnen een termijn van drie jaren ongeveer dezelfde
examens moeten afleggen als de vroegere probationers. Behalve bij
de Inlandsche regimenten cavalerie en infanterie dienen de stafkorps-
officieren naast hunne collega's van het Britsche leger bij de staven
en diensten der drie legers en worden zelfs sommige dezer laatste
Dl. I, 1895. 15