229 onder den naam van geweer M. 1886/93. "Welke de verandering is, valt moeielijk op te maken, doch schijnt daarop neer te komen, dat in den afsluiter een kanaaltje is aangebracht, dat den vuurstraal bij het scheuren der huls naar onderen afvoert en dus den schutter niet kan verwonden. De degenbajonet heeft eene verandering ondergaan, waardoor kling en gevest beter verbonden zijn. Het aan den loop gesoldeerde vizier is van twee ringen voorzien, waardoor het losraken voorkomen wordt. Proeven en mogelijke veranderingen schijnen op til te zijn wat aangaat het overbrengen van het magazijn uit de voorlade in de versterking en van vermindering van kaliber. In het kamp te Chalons zijn proeven genomen met geweren van 6.5 mM. kaliber en 20 gr. patroongewicht. In 1893 is te Parijs een werk verschenen van den kapitein I. de Honbrison„Les armes de petit calibre", waarin deze zegt dat zij „de eenvoudigheid zelve zijn", en over kleinere kalibers dan 6.5 mM. sprekende„Onze persoonlijke ervaring heeft ons geleerd dat een vermindering van kaliber onder 6 mM. niet wel mogelijk is. Met een wapen van dit kaliber zal men snelheden van 800 M. kunnen krijgen en de banen tot 700 M. zullen geene verheffingen hebben grooter dan manshoogte, zoodat wanneer men, op den voet richtende tot op 700 M. een staanden man zal treffen. De vraag „of men" naar grootere volmaking moet streven," is met „ja en neen" te beantwoorden. „Ja, wanneer men het salvovuur op zeer groote afstanden wil aan hangen, want hoe dieper de gevaarlijke zonen zijn, des te meer kans bestaat er het doel te treffen, namelijk op zulke afstanden, waarbij het schatten der afstanden slechts bij benadering kan plaats hebben. Neen, wanneer het de quaestie van individueel schieten geldt, want het oog van den soldaat reikt niet ver genoeg en zijn zenuwgestel is er niet op berekend om kalm genoeg te blijven om voldoende uitwerking van het vuurwapen verder dan op 600 tot 700 M. te mogen verwachten." In „L'avenir militaire" 1893 No. 1782,'21 April merkt een Criticus op, dat in den oorlog met Dahomeh is gebleken, dat de projectielen van het Lebelgeweer den aanstormenden vijand niet direct tot halt houden noopten, daar de gewonden eerst nederstortten na den storm te

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 240