233 October, bestaat het voornemen het projectiel van het Lebelgeweer te brengen van 15 op 13.5 gr. Hierdoor zou de aanvangssnelheid grooter en de ballistische eigenschappen verbeterd worden. Het vraagstuk om de vuursnelheid van het Lebelgeweer op te voeren blijft nog op te lossen. De overste Ortus heeft een snellader uitgevonden die leeg 16 gr. en gevuld met 10 patronen 306 gr. weegt. Ieder man krijgt drie snelladers die hij aan de knoopen van zijn uniform ophangt. Met dezen snellader kan men 15 schoten per minuut doen, zoodat de vuursnelheid dan met die van het Mann- lichergeweer gelijk zou staan. Een revolver van 8 mM. M./1892 is in plaats van het 11 mM. revolver Mod./1873 ingevoerd. De loop heeft 4 trekken, de trommel 6 kamers. Een ster als uitwerper verwijdert de ledige hulzen gelijktijdig. Geheele lengte van het wapen 239 mM. Lengte loop 117.1 getrokken gedeelte 102.1 vizierlijn 144.6 kamer in den trommel 36 Diepte voor de randuitboring (patroon) 1.6 Gewicht ongeladen revolver 840 Gram. projectiel (hardlood met koperen mantel) 7.85 patroon 12.5 lading (bijzonder soort zwartkruit) 0.75 Ook voor de Marine zal deze revolver worden ingevoerd, in plaats van het Mod/1874 voor officieren. Engeland. Het is gebleken, dat de aan het rookzwakke kruit voor het 7.7 mM. geweer (1890) gestelde voorwaarden, nl. dat bij een gemid delde mondingsnelheid van 2000 voet 609.4 M. de grootste afwijking 30' =9.14 M. Daar boven of naar onderen en de gemiddelde afwijking niet meer dan 4.57 =15' mag bedragen, ver overschreden worden, zoodat groote aanmaak van Cordiet niet wenschelijk is. Ook de aangegeven gasdruk wordt aanmerkelijk overschreden. De loop ondergaat door de hitte bij het verbranden van Cordiet Dl. I, 1895. 16

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 244