235
fabrieken worden afgeleverd, zoodat in Juli 1894 100000 stuks aan
de Bersaglieri- en Infanterieregimenten van Boven-Italië kunnen
worden verstrekt.
Den 15en Juli 1893 is een nieuwe karabijn aangenomen van het
kaliber 6.5 mM. onder den naam van Moschetto da eavalleria M/1891.
Te Brescia worden 11000 stuks aangemaakt.
Oostenrijk-Hongarije.
Het navolgende is ontleend aan de „Mittheilungen über Gregen-
stande des Artillerie und öeniewesens.
De proeven in 1892 waren de volgende:
le. Proef met 6.5 mM. repeteergeweren.
Ter verificatie der ballistische opgaven van het in 1891 beproefd
6 5 mM. repeteergeweer werd het juistheidsohieten op 400, 600,
800 M. enz. tot op 2000 M. herhaald. Bij deze proeven werden geweren
gebezigd met verschillenden spoed en verschillende verhoudingen van
trekken- tot veldenbreedte. De lading bedroeg 2.35 gr. Troisdorfer
geweerkruit, de verkregen VJ5 705.8 M.
2e. Proeven met 6,5.5 en 5 mM. repeteergeweren.
Deze geweren hadden 4 rechthoekige 0.15 mM. diepe en respec
tievelijk 2.36, 2.16 en 1.96 mM. breede trekken.
Het 6 en 5.5 mM. geweer hadden den grendel van de repeteer-
karabijn M/1890; het 5 mM. geweer dat van het Mannlichergeweer
M/1891 zooals het geweer 6.5 mM.
De patronen hadden een conische messingen huls gevuld met 1
gr. Ballistit en waren van een projectiel voorzien met stalen mantel.
De proeven bepaalden zich tot het zoeken van den juisten spoed
en de projectiellengte voor ieder kaliber.
3e. Proeven met repeteerpistolen.
De repeteerpistolen van de gebroeders Schönberger, in 1891
beproefd, hadden zooveel gebreken, wat aangaat samenstelling, dat.
toen geene verdere proeven met dat wapen werden genomen.
In 1892 werd hun zelf-werkend repeteerpistool van 7.5 mM.
kaliber met een magazijn voor 5 patronen beproefd. Deze waren
met 0.6 gr. geweerkruit M/1890 gevuld. Tijdens de proeven deden