289 stof voorhanden is, die aan dien eisoh voldoet, men voor aanvulling zijn toevlucht zal nemen tot kwartiermeesters, die dien cursus niet volgden Dan had die reserve wel achterwege kunnen blijven, want wanneer men zich werkelijk daaraan wil houden, zal die stof wel nooit ont breken In ieder geval kan men tijdig een buitengewonen maatregel voorstellen, als die noodig blijkt. Of is het de bedoeling zich de bevoegdheid voor te behouden naar omstandigheden te handelen en dus afwisselend personen voor inten dant in aanmeiking te brengen, die al of niet de opleiding daarvoor hebben genoten? Een soort van reserve dus, maar eene die wijten zeerste zouden betreuren. Het niet stellen van bepaalde eischen, waaraan een kapitein-kwar tiermeester vóór deze nieuwe regeling moest voldoen om intendant te worden, heeft al genoeg kwaad bloed gezet! Maar in ieder geval het nut van deze bepaling begrijpen wij niet; zijn de officieren, die den intendance-cursus niet volgden, niet geschikt voor intendant als, volgens anciënniteit, hun beurt zou zijn daartoe aangesteld te worden, dan ziin zij dit ook niet na eerst een paar malen voorbijgegaan te zijn door jongeren van den cursus. Het zonderlinge van die regeling is bovendien, dat zij in dat geval toch dezelfde plaats in de ranglijst weer innemen, die zij zouden vervuilen, indien zij dadelijk bij de intendance waren overgegaan, dat dus voor hen, die men oorspronkelijk minder geschikt achtte voor den intendance-dienst, den tijd, dien zij in den subalternen rang in dien dienst doorbrengen, vóór zij voor hoofdofficier in aanmerking komen, zooveel verkort wordt! Men is dus geneigd te gelooven dat dit „bij voorkeur" bestemd is om eeri doode letter te wezen. Maar dan is daarmede aan alle kwartiermeesters, die den intendance cursus niet volgden, de kans benomen om ooit hoofdofficier te worden We staan dan voor het feit, dat de magazijnmeester, die, om in den 2en luitenantsrang benoemd te worden, nooit eenig ander examen heeft moeten doen, dan voor een goed ontwikkeld onderofficier ver- eischt wordt, majoor kan worden, terwijl de kwartiermeester, die heeft voldaan aan het officiersexamen, dat in geen enkel opzicht

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 304