291 deze gelegenheid tot opleiding van officieren van het Indische leger, tot wat men in Nederland intendant noemt, op te heffen; integen deel. Indië heeft aan eene Intendance groote behoeft, zeker niet minder dan het moederland. Maar men trekke dan ook partij van hen, die deze opleiding genoten, en late hen, bij terugkomst in Indië, niet opgaan in werkzaamheden die met die opleiding niets gemeen hebben. In de volgende bladzijden willen wij trachten in het kort aan te geven, hoe volgens onze meening het korps officieren der militaire admi nistratie moest zijn georganiseerd, om tot dit doel te geraken, en om de dubbele fout te vermijden, die o. i. nu begaan wordt, om voor meer personen dan noodig is de zoo dure opleiding in Nederland te bekostigen, en ten slotte het werk, waarvoor zij werden opgeleid, niet of hoogst gebrekkig te doen verrichten. Wij gebruikten hierboven de uitdrukking „wat men in Nederland intendant noemt", dat is de officier van den verpleegdienst van het Leger, de schakel tusschen dat leger en de industrie, die in de leger- behoeften, wat kleeding en voeding betreft, voorziet, en zoowel in oorlogstijden als bij de voorbereiding daartoe, de adviseur en mede werker van den Generalen Staf. Yolgens deze opvatting van den intendance-dienst, behooren de werkzaamheden, die thans werkelijk door onze intendance verricht worden, nagenoeg geheel tot den kwartiermeesters- en den magazijns- dienst. Yan den dienst onzer gewestelijke intendance zou alleen tot den verpleegdienst gerekend kunnen worden het sluiten der contracten van levering en het toezicht op de uitvoering daarvan. Dit laatste bepaalt zich nu tot de door gewestelijke intendanten en dan nog alleen op hunne standplaatsen—uitgeoefende controle op de door aannemers aan te houden voorraden en het optreden van een der officieren van de Intendance in de commissie van arbiters. Wat aangaat de werkzaamheden, die de voorbereiding tot oorlogs toestanden raken, behoort volgens de instructie tot de plichten der Intendance het verzamelen van statistieke gegevens de verpleging betreffende, en het bestudeeren van de hulpbronnen van het gewest. Welke hulp de Generale Staf bij zijn werkzaamheden op dit gebied van het hoofdbureau der intendance heeft, kunnen wij natuurlijk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 306