332 De Inlandsche infanterie is bewapend met het Martini Henry geweer. Het korps Guides (Punjab grensleger) bestaat uit drie eskadrons cavalerie en acht compagnieën infanterie. De formatie is als volgt Europeanen 1 commandant van het korps (kolonel), 3 eskadronscommandanten (luit.-kol. of majoor), waarvan de oudste 2e commandant, wat de cavalerie betreft, 2 vleugelcommandanten (luit.-kol. of majoor), waarvan de oudste 2e commandant, wat de infanterie betreft, 9 eskadrons- en vleugelofficieren (kapiteins en luitenauts) (1), 1 officier van gezondheid (majoor). Inlanders 1 risaldar major, 2 risaldar8, 3 ressaïdars, (2) 6 jemadars, 462 onderofficieren en minderen, (3) 1 hospitaal-assistent, 1 subadar majoor, 7 subadars, 8 jemadars, (4) 896 onderofficieren en minderen, 2 hospitaal-assistenten. De bewapening is gelijk aan die der gewone korpsen cavalerie en infanterie. Behalve de hier genoemde Inlandsche korpsen van het Bengaalsche leger zijn nog in het door dat leger bezette gebied en wel in het district Quetta gelegerd bij de cavalerie, bij de infanterie. (1) Hieronder één die de functiën van adjudant bij de cavalerie, één die deze functie bij de infanterie, en een die de betrekking van quartermaster vervult. (2) Hieronder een Inlandsck adjudant. (3) Hieronder acht kameelsowars. (4) Hieronder een Inlandsch adjudant.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 347