348 - Naar mijne veeljarige ervaring staan de in het Indisch leger voor komende misdaden genoegzaam alle rechtstreeks of zijdelings in verband met roekeloos drankgebruik. Hier te lande zijn minder verzoekingen om zonder verlof vrij te nemen en tot andere overtredingen, die in het moederland voorkomen. Toch wordt ook hier door soldaten veel gedaan, dat ofschoon niet dadelijk vallende onder het hoofd „dronkenschap", toch in nauw verband staat met drankgebruik. Ik wijs u op den onlust tot werk doen en plichtsvervulling, welke bijna regelmatig op een tijd van uitspatting volgt. Dezelfde oorzaak heeft niet zelden een kwaad humeur tot vrucht en brengt zoo tot strafbare woorden en handelingen. De cijfers, die ik u noemde, zijn dus een onweerspreekbaar bewijs, in welk eene buitengewone mate geheel-onthouding het aantal straf zaken vermindert. Misschien denkt een uwer, dat deze cijfers geen vertrouwen verdienen, en dat het maar cijfers van de Geheel-Onthou- ders-Yereeniging zijn. Zelf belijd ik, dat ik verbaasd heb gestaan, dat er aan de zijde der geheel- onthouders zoo opmerkelijk weinig strafzaken voorkwamen, en dit heeft er mij toe geleid om de zaak op het allernauwkeurigst te doen onderzoeken; maar mij is niets voor gekomen, dat tegen deze opgaven het allerminste gewicht in de schaal legt. Dit leidt er mij toe om 11 eenige uittreksels voor te lezen uit het laatste verslag van „de Nationale vereeniging om de reservesoldaten aan plaatsing om werk te helpen." Deze verslagen bewijzen hoe volstrekt noodig het is om met een goed getuigschrift het leger te verlaten, en welk een voordeel het geeft met een uitmuntend getuigschrift in het burgerlijk leven terug te keeren. Het comité wijst er met dankbare voldoening op, dat het werk der Onthouders- Yereeniging oorzaak is geweest, dat gedurende de laatste 12 maanden, die 31 Maart eindigden, niet minder dan 4442 mannen, na verstreken diensttijd, bij hun terugkeer in het burgerlijk leven, in verschillende goede betrekkingen plaatsing gevonden hebben. Alvorens in bijzonderheden te komen, wenscht het comité op deze door de Onthouders-Yereeniging bewerkte uitkomst opzettelijk te wijzen, opdat niet alleen werkgevers, maar het gansche publiek daarop de aandacht vestigen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 363