351
leger en bij alle korpsen, blijkt mij, dat de toelating in de hospitalen
percentsgewijze bij de geheel-onthouders is 5,5, die bij de met-ont
houders is 10 percent. Op goeden grond leidt dit tot de gevolg
trekking, dat de helft der ziekte in het Britsch-Indische leger is toe
te schrijven aan drankgebruik.
Zoodra een man door meer of minder drinken zijn zelfbeheer ver
minderd of verloren heeft, bekommert hij zich al even weinig om
zijne gezondheid, als hij bedenkt, wat hij aan het bewaren van een
eervollen naam verplicht is.
Dit is de oorzaak, dat mannen door drank onnadenkend zich roe
keloos aan de stralen der brandende middagzon blootstellen en daar
door zoo getroffen worden, dat zij licht voor geheel hun verder leven
tot een redeloozen ballast der maatschappij worden.
Evenzoo is het oorzaak, dat op stations, gelijk Quetta in Bilud-
chistan, waar de thermometer in winternachten tot beneden nul daalt,
de mannen zich longontsteking berokkenen, die, zoo zij al geen
doodelijken afloop heeft, hen naar huis doet zenden, zelfs buiten staat
het klimaat te verduren van Engeland, waar zij anders de vrucht
zouden genoten hebben van een goed gedrag in Indië. Erzijneene
menigte andere ziekten, waaraan roekeloos levenden blootstaan, en
die leiden tot verstoring van het zenuwleven en van het krachtig
gestel, dat ieder soldaat als den appel van zijn oog behoorde op
prijs te stellen. Mannen, ik geloof, dat dit eene zaak is, waarop
uwe aandacht niet te dikwijls en te ernstig kan gevestigd worden.
Wat beteekent een soldaat, die geene goede gezondheid en daardoor
krachtig weerstandsvermogen bezit? Hij is een mispunt. Een soldaat
toch wordt opgevoed en betaald, niet voor parades in vredestijd,
want een soldaat in vredestijd is als een schoorsteen in den zomer,
neen, zijn roeping en bestemming is voor ernstiger tijden en omstan
digheden berekend te zijn. Met dit te zeggen maak ik geene toe
speling op de velen, die, geheel buiten hun schuld, door het klimaat
en andere oorzaken invalide of lijdend zijn. Deze zijn onze achting,
hulp en medelijden waard. Doch wat te zeggen van die vele anderen,
die door gebrek aan zelfbeheer ongeschikt zijn om voor hun land
te zijn en te doen, waartoe zij zich bij contract verbonden hebben?
Zij leven tot eigen schade, omdat zij roekeloos handelen met den