EEK EK AKDER OVER OKS STELSEL VAK VERDEDIGIKG.
Eene zeer delicate zaak is het, in een publiek geschrift over ons
verdedigingsstelsel te gaan schrijven, aangezien men zoo vaak voor
het vraagstuk staat, of in 's lands belang het niet beter ware dit
en dat te verzwijgen.
Nu echter de geschiedenis van ons verdedigingsstelsel nog voor
zoo vele officieren een gesloten boek is en ons dezer dagen eene
studie over dat onderwerp in handen kwam van een sedert overleden,
arbeidzaam, intelligent officier, terwijl deze studie - wel gewogen -
naar onze meening niets bevat, wat niet elk officier van het Indisch
leger zou mogen weten, achten wij het eene nuttige zaak aan die
studie bij deze openbaarheid te geven.
Op den inhoud zal door menig lezer wellicht iets aan te merken
zijn, verreweg de meesten zullen er altijd wat uit kunnen
leeren.
Zij luidt
1. Geschiedenis der ontwikkeling van het bestaande
stelsel van verdediging.
Ten tijde der Oost-Indische compagnie werden bij alle belangrijke
plaatsen, alwaar men zich vestigde, fortjes opgeworpen, die tot bescher
ming tegen binnen-en buitenlandsche vijanden en tevens tot woon
plaatsen onzer ambtenaren moesten dienen. Deze wijze van verde
diging had echter eene geheele versnippering van de krijgsmacht en
verbazende geldelijke uitgaven ten gevolge. Uit dien hoofde was
reeds in 1797 de Gouverneur-Generaal van Overstraten er op bedacht,
een ander stelsel in te voeren, waarin Java, als het gewichtigste
eiland, het middelpunt van verdediging van den geheelen Archipel
tegen een Europeeschen vijand zoude zijn. De korte tijd van zijn
beheer, gevoegd bij de moeilijke omstandigheden, waarin onze bezit-
Dl. I, 1895. 25