105000. voor eene Europeesche Compagnie
81000.B Amboineesehe en
60000.Inlandsche
452
per transport 59317.21
Kazerneering en fournituren145 75s
Onderhoud daarvan21650
Schrijfbehoeften en kosten korpsschool73
Totaal f 59757.46s
Resumeerende komt dus het onderhoud van eene Compagnie den lande
jaarlijks te staan op:
J. W. Visser.
Vereeniging tot onderlinge assurantie van officiersrijpaarden.
De jaarlijksche algemeene vergadering werd 19 Februari 1895 gehouden.
Ka voorlezing en goedkeuring der notulen van de vorige vergadering,
werd door den Wd. Directeur verslag uitgebracht over den toestand der
vereeniging.
Ultimo 1893 waren ingeschreven 235 paarden, terwijl dit getal Ultimo
1894 bedroeg 194. Die groote vermindering moet worden toegeschreven
aan het groot aantal verlofgangers in 1894, terwijl bovendien bijna alle
cavalerie-offieieren in den loop van 1894 hebben bedankt.
In 1894 werd 4 maal gecontribueerd, en wel:
le kapitein der inf. Hagedoorn f 1,11
2e majoor Wilken 1,12
3e kolonel n Bouman 1,16
4e le luit. der artillerie Spree 1,22.
Bovendien zijn in 1894 nog vier paarden gestorven, n. 1. den 17en Sep
tember van den 1® luitenant der artillerie Deibert; den 13™ November
van den ritmeester Waalewijn en den 21™ November van den majoor
der infanterie v. d. Bussche en van den 1™ luitenant-adjudant der infan
terie Overman. Voor deze paarden kon de contributie in 1894 niet
worden geïnd, daar de vele overplaatsingen en troepenbewegingen tijdens
de Lombok expeditie de inning te bezwaarlijk maakten.
De tegenwoordige waarnemende Directeur is den 29™ Augustus opge
treden, toen de kapitein Vis plotseling naar Lombok moest vertrekken.
Door het vertrek van de Heeren Hissink en Sorgdrager waren er toen
geen commissarissen, doch aangezien oorspronkelijk slechts van eene zeer
tijdelijke vervanging sprake was, achtte de Directeur zich niet gerechtigd,
in deze beide vacaturen te voorzien. Toen de Lombok expeditie echter
langer duurde, trad op verzoek van den Wd. Directeur de le luitenant