PROTEST. In N°. 12 van het „Indisch Militair Tijdschrift," jaargang 1894, deelt de heer E. B. Kielstra, onder het opschrift „Na vijf-en-twintig jaren", -het een en ander mede uit zijne herinneringen met betrekking tot genoemd maandwerk. Daaronder heeft ons eene zinsnede getroffen, gewijd aan „Protest", een opstel, geplaatst in de 4e aflevering van den 3en jaargang, dat, volgens den heer Kielsira, moest volgen op een stuk van den ge neraal van Swieten in het „Tijdschrift voor Nederlandsch-Indië", (1) omdat daarin een aantal beschuldigingen, klakkeloos en zonder bewijs, door dien generaal tegen het Indische officierskorps waren uitge sproken. Mijn erachtens bad de heer Kielstra beter gedaan, nadat bijna drie-en-twintig jaren na het verschijnen van „Protest" waren verloopen, niet op dat stuk terug te komen. Eensdeels, omdat daarin „met bitterheid eene acte van beschuldiging tegen een oud opperbe velhebber van het Indisch leger werd gericht, zijne bedoelingen „werden onderzocht en zijn karakter op weinig heusche wijze werd „besproken," en deszelfs inhoud derhalve geheel afweek van de woorden van den heer Kielstra, bij de aanvaarding der redactie van het toen pas gestichte tijdschrift, namelijk: „Het komt ons verder „noodig voor, als beginsel aan te nemen, nimmer nog niet tot de geschiedenis behoorende personen te beoordeelen, en hen onver schillig wie, nooit een woord van lof of blaam toe te voegen. „Waar geprezen of gelaakt moet worden, geschiede zulks in het „openbaar, voor het geheele publiek, in de dagbladen, maar niet „in een militair tijdschrift; dit zou ten eenenmale strijden met de „positie, welke zoowel het meerendeel der lezers als de redactie „in de maatschappij innemen." En anderdeels, omdat „Protest" in de Juli aflevering van het „Tijdschrift voor Nederlandsch-Indië", jaargang Dl. I, 1895. 31 (1) Jaargang 1872, No. 1. Het stuk was getiteld: „De rietslagen bij het Neder- landsch-Indische leger."

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 474