491
met het 6.5 mM. geweer binnen 600 M. steeds getroffen, wanneer
de schutter slechts horizontaal voor zich uitschiet. Bij het 11 mM.
geweer is dit slechts tot op 400 M. het geval.
De snelheid van vuren kan bij het nieuwe geweer tot 20 goed
gerichte schoten per minuut opgevoerd worden, tegen 12 dergelijke
schoteu met het geweer van 11 mM.
Het mindere gewicht der munitie bij de 6.5 mM. geweren geeft
het voordeel, dat de soldaat 160 patronen van dit geweer zou kun
nen medevoeren tegen 100 van het thans in gebruik zjjnde.
Om dezelfde reden kan de patrooncaisson 5000 patronen van 6.5 mM.
meer bevatten dan van 11 mM., zoodat per bataljon een grooter voor
raad van 10000 patronen kan worden medegevoerd.
De Belgische geweerfabriek te Herstal, die eene oppervlakte van
8 hectaren beslaat en wier over 3^ hectaren verspreide gebouwen
eene oppervlakte hebben van 22000 M2,, levert 500 geweren per
dag af.
De met het geweer van 5 mM. in Nederland genomen proeven
hebben geleerd, dat de vraag naar kalibervermindering niet alleen
thans nog slechts theoretische waarde heeft, maar ook dat, al waren
alle vraagpunten even goed opgelost als zij het thans volstrekt niet
zijn, de verkregen winst vaa geringe beteekenis zou wezen en geens
zins zou opwegen tegen de mede verkregen nadeelen.
Kleiner kaliber kan medebrengen meer gestrekte baan, grootere
indringing en mogelijkheid om bij gelijk gewicht meer patronen mede
te voeren.
De proeven met het geweer van 5 mM. hebben echter aangetoond,
dat de reductie van 6.5 tot dat kaliber geen overwegend voordeel
meer geeft.
Wel was de baan bij het 5 mM. geweer iets meer gestrekt, maar
bij vergelijkend schieten zelfs op den afstand van 2000 M. bleek het
verschil slechts 51 M. in gemiddelde dracht te zijn.
Evenzeer was de indringing bij het geweer van 5 mM. iets groo
ter. Op 250 M. doorboorde het 33 vurenhouten planken van 2.5 cM.
dikte, terwijl de doorboring voor het geweer van 6.5 mM. 29^ van
die planken bedroeg.
Yoorts was uit den aard der zaak de munitie iets lichter. Het
