539
leden, is het bestuur, ten einde zoo spoedig mogelijk aan alle aanvragen
tot uitkeering te kunnen voldoen, moeten overgaan tot het opnemen van
eene som van 6000. Na vergeefsche pogingen, aangewend bij de
voornaamste bankinstellingen te Bataviawerd ten slotte de commissie der
vereeniging tot voorbereidend onderricht aan kinderen in Nederlandsch-
Indië bereid bevonden, voormeld bedrag aan onze vereeniging in leen te
geven, tegen de door haar aan de Nederlandsche Handelsmaatschappij te
betalen interest. Voor deze hulp betuigt het bestuur aan genoemde ver
eeniging zijn warmen dank.
Voor de gestadige behartiging der belangen van onze vereeniging door
heeren correspondenten, kwartiermeesters en administrateurs van garni
zoenen betuigt het bestuur langs dezen weg mede zijn welgemeenden
dank.
In opvolging van het bepaalde bij art. 9 van het reglement werden
twee te Batavia wonende leden, nl. de heeren A. E. Albrecht en J. J. B.
Fanoy, uitgenoodigd het over 1894 gevoerde beheer te willen nagaan.
De heer A. E. Albrecht, die tengevolge van ongesteldheid niet aan de
uitnoodiging kon gevolg geven, werd daarop door het lid J. F. Schilham
vervangen. Bedoelde commissie van verificatie deelde in haar rapport
mede, dat zij het gevoerde beheer goedkeurde en stelde mitsdien voor, het
bestuur van alle verantwoordelijkheid wegens dat beheer te ontslaan.
In de gewone jaarlijksche algemeene vergadering op 29 April jl. ge
houden, werd het verslag over het jaar 1894 na voorlezing goedgekeurd en
het voorstel van de commissie van verificatie met algemeene stemmen
aangenomen.
Bij monde van den president werd dier commissie de dank betuigd
voor hare aan de vereeniging bewezen diensten.
Voorts werd door het bestuur medegedeeld, dat het nog geen voor
bereidingen had gemaakt tot de aanhangige reglementsherziening, omdat
ook het tegenwoordige bestuur zich niet met de strekking van het in de
vergadering van April 1894 in beginsel aangenomen voorstel kon vereenigen
en omdat het voor het doen van nieuwe voorstellen nog niet genoeg ge
gevens verzameld of inlichtingen bekomen had.
De vergadering machtigde daarop het bestuur nader tot voorloopige
handhaving van den bestaanden toestand, voor wat betreft de contributie
regeling.
Ten einde het toetreden van leden van eiken leeftijd al dadelijk eeni-
germate te beperken, werd door het bestuur eene wijziging voorgesteld
van de artikelen 11 en 20 van het reglement. Het concept dier wij
zigingen aan de, in de algemeene vergadering van 29 April 1895, aan-