123 door hare mindere snelheid of wel tea gevolge harer poging om de Hiei te ontzetten. De schepen van den Chineeschen rechtervleugel waaronder de Lai-joeën, kwamen op haar af en openden een geweldig vuur. Doch zij weerde zich flink. Hare stuurboords-kanonnen dood den alle mannen op de brug van laatstgenoemd schip. Maar ook het vuur der Chineesche bodems, welke successievelijk gepasseerd werden, miste niet zijne uitwerking: eerst werden een luitenant en een adelborst buiten gevecht gesteld, te .20 werden de commandant en twee kanonniers gedood, twee andere gewond. De eerste officier nam het commando op zich. Toen troffen de vijandelijke granaten het tweede dek, doodden vier stokers, wondden een vijfden en vernielden de stoompijp. Ook op het dek werden nog drie kanonniers gedood Door de vernieling van de stoompijp was de voorraad granaten op het voordek afgesloten en moest alles van achteren worden aangedragen. Het schip verkeerde in den grootsten nood. Doch het veranderde van koers, kreeg daardoor tijdelijk eenen voorsprong en werd in staat gesteld de meest noodzakelijke tijdelijke reparatiën te doen uitvoeren. Toen avanceerde do vijand weer met volle kracht. De Akagi zette koers naar het Zuiden en trachtte door haar retraitegeschut de vervolging te doen ophouden. Haar fokkemast werd vernield en de vlag viel neer. Te 2.15 waren hare vervolgers nog maar weinige honderdtallen Meters achter haar: een granaat van de Lai-joeën trof weer de brug en wondde den eersten officier, die het commando voerde. Een jong luitenant ter zee nam zijne plaats in; een mari nier le klasse nam diens post bij de vuurmonden in. Eindelijk te 2.20 trof een gelukkig schot der Akagi het dek der Lai-joeën: er ontstond een zware brand, die de vervolging deed staken. Te 2.30 nam de eerste officier, die inmiddels verbonden was, het com mando op de brug weer over. Ziende, dat de Hiei en de Akagi in een scherp gevecht gewik- keld waren, seinde de admiraal aan het vliegende eskader om deze schepen te hulp te komen. Full speed avanceerende, lieten deze daardoor echter de Saikjo, welke zich nabij hen bevond, achter zich. De Tsjih-joeën en de Kwang-ping stoomden op haar af. Doch het gelukte haar weder het eskader te bereiken, nadat een 30.5 cM. 1 O 7

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 140