9 Het verdere operatietooneel Behalve Korea is een gedeelte van Mantsjoerije het voornaamste gebied der operatiën geweest. Ook daar zijn voor de beweging van troepen belangrijke hindernissen. De Jaloe- en Liau- rivier hebben in haren benedenloop eene breedte van verscheidene honderdtallen Meters. In den zomer moeilijk te overschrijden, vriezen zij in den winter dicht, evenals de zee in de nabijheid der kusten langs het grootste gedeelte van het Liautong schiereiland. De winter van 94/95 was zeer streng, met buitengewoon veel sneeuwval. De streek, gelegen tusschen de beide genoemde rivieren, is een geprononceerd bergland, met een gering aantal passen en verkeerswegen. Het land brengt weinig voort, en alleen de Liau-vlakte is uiterst vruchtbaar. Het schiereiland Liautong heeft vooral aan de Zuidpunt eene belangrijke kustontwikkeling, waardoor eene landing zeer be gunstigd wordt. De voornaamste kust versterkingen zijn hier de forten aan de Talienhoan-baai en Port Arthurwaarover bij de bespreking der operatiën nader teruggekomen zal worden. De oorlogvoerende partijen. China en Japan vormen twee scherpe contrasten. Waren de bewoners van het Hemelsche Rijk reeds in overoude tijden tot een hoogen trap van ontwikkeling en beschaving gekomen, de aangeboren afschuw voor het verkeer met andere volkeren is oorzaak geweest, dat ze op de eens bereikte hoogte ziju blijven staan en het zelfs aan eminente mannen als den onderkoning Li-Hoeng-Tsjang, den „Bismarck der Chineezen" niet is mogen gelukken, deze volkseigenschap te bezwe ren. Wel is waar bespeurt men in de laatste helft dezer eeuw eenige verbetering, vooral na den oorlog met Frankrijk, welke den 9en Juni 1885 eindigde, zoodat zelfs in 1887 aan eene Amerikaansche maatschappij eene aanvankelijke concessie verleend werd tot het aan leggen van spoorwegen, (1) telegraaf- en telephoonverbindingen in het geheele rijk, doch eene hervorming brengen in een land bewoond door 360 millioen inwoners bleef uiterst moeilijk. (1) Er bestaat nu nog sleobts één spoorweg van Tien-Sin tot Sjanhaikwan, eene lengte van 174 Eng. mijlen. Een ontwerp tot doortrekking over Moekden tot de Amoer met een zijtak naar Nioetsjoean kwam niet tot uitvoering-. In laatstgenoemde plaats is een lijntje van 6 mijlen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 20