HET WERPEN MET GRANATEN TE VELDE.
Hoewel reeds dikwijls proeven genomen zijn, om ook uit lange
kanonnen met kleine ladingen te werpen, heeft men hierbij tot nu toe
geene bevredigende resultaten kunnen verkrijgen en is men genood
zaakt, om zich bij het worp vuur te beperken tot het gebruik van
korte kanonnen. Sinds eenigen tijd is dan ook het vuren met kleine
ladingen uit ons veldkanon van 7 cM. A. afgeschaft en blijft dus
alleen ons bergkanon van 7 cM. A. over om gebezigd te worden bij het
worpvuur te velde, ten minste zoolang er nog niet definitief een mortier
bij het berggeschut is ingedeeld.
Onze Ontwerp Leidraad voor het Schieten te Yelde stelt voor dit
vuur dezelfde regels als voor het schieten met granaten. Ons doel is
het om in aansluiting met het stuk„Het schieten met granaten
te velde" voorkomende in de 56 en 6e aflevering van het Indisch
Militair Tijdschrift jaargang 1895, na te gaan, welke regels men zou
moeten toepassen, om bij het werpen zooveel mogelijk uitwerking
te verkrijgen.
In het algemeen zal het worpvuur worden aangewend tegen
onzichtbare doelen, die hetzij direct, hetzij op eenigen afstand achter
eene dekking zijn gelegen. Van dezen afstand is de regeling van
het vuur afhankelijk en daarom zullen wij in onze beschouwing
twee gevallen onderscheiden en beginnen met het meest voorkomende.
I. Het doel ligt onmiddellijk achter de dekking.
Men beoogt met dit vuur het doel met de steil invallende projec
tielen over de dekking heen te treffen, het meest wenschelijke is dus
dat de gemiddelde baan door de kruin der dekking gaat en dus werpen
wij ons op die kruin in.
In het bovenaangehaald stuk is aangetoond, hce men door toepassing
der waarschijnlijkheidsrekening komt tot de aanneming eener nauwe
grens, die gelijk is aan LS5(}. De hierbij gevolgde redeneering is
volkomen algemeen, zonder dat er bij in aanmerking genomen is of