- 273 wêer afgekeurd, onderging evenals boven dezelfde mutatiën, en kostte het Gouvernement nog meer dan één der bovengenoemde militairen, aangezien hij als onderofficier 2® klasse reisde, en bovendien meer soldij genoot voor de hoogergenoemde gewichtige diensten. Nog één der vele gevallen, die zich hebben voorgedaan. Te Atjeh vroeg een sergeant-majoor, die recht had op gagement, pas poort Menado. Voorwaar een aardig pleiziertochtje. Hij verzocht aldaar bij aankomst reëngagement, werd afgekeurd en vertrok als boven naar de Geneeskundige Commissie te Makassar, werd aldaar tijdelijk afgekeurd en vertrok toen naar Nederland. Naar aanleiding van de slechts drie door mij genoemde gevallen, zou het wellicht overweging verdienen, eene bepaling in den geest van de ondervolgende in het leven te roepen. „Elk Militair, die bij eindiging van zijn dienstverband het Leger bui ten zijn garnizoensplaats met paspoort wenscht te verlaten, verschijnt eerst voor de naastbijzijnde Geneeskundige Commissie." Door dezen maatregel zouden de reizen van Menado naar Makassar en terug, benevens verdere kosten voor soldij enz., in de eerste twee gevallen aangehaald, vermeden worden, en in het laatste geval had de sergeant majoor via Padang de reis naar Nederland kunnen volbrengen, instede zooals nu van Atjeh over Menado en Makassar naar Nederland. Ofschoon door mij slechts drie gevallen zijn aangehaald van de vele, die zich door verschillende combinaties kunnen voordoen, en bovendien geene bedragen voor reiskosten, soldij enz. enz. zijn genoemd geworden voor de vele en gewichtige diensten, die bovengenoemde militairen, die steeds in de sterkte van het Leger hebben gerekend den Lande hebben bewezen, koester ik de hoop dat een ieder overtuigd zal zijn, dat door het treffen van bovengenoemden maatregel een niet onbelangrijk bedrag der schatkist ten goede zal komen. A. Uitknipsels enz. Bij Inf. Order 1895 No. 1 worden eenige belangrijke wijzigingen in het materieel voor kamerschietoefeningen bekend gemaakt. Ieder onder officier dient deze volledig te kennen en ze zoo noodig te kunnen nale zen, waartoe overschrijven voorloopig het eenige middel is. Ik meen, dat het voor het kader in het algemeen dienstig zou zijn, om bij belang rijke of groote wijzigingen in reglementen en voorschriften, deze wijzi-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 294