22 roet een eskader van twee-en-twintig schepen en ik aarzel niet te verklaren, dat wanneer ooit eene EQgelsche vloot en eene Japansche van gelijke sterkte elkander zullen ontmoeten, de kansen zeer zeker voor beide partijen even gunstig zullen staan" Lang beoordeelt de Chiueesche vloot en hoewel hij begint met te zeggen, dat nu vijf jaar geleden de discipline en de oefening zeer goed waren, voegt hij spoedig daaraan toe, dat, sinds de Europeesche leiding ontbreekt, de tucht ongetwijfeld weer veel slapper is geworden. Vergelijkende met de Japansche vloot, kunnen beide vrijwel op eene lijn gesteld worden, hoewel de Japanners onversaagder en energieker zijn, en er onder hen veel meer korpsgeest heerscht. Met iemand aan het hoofd, in wien de Chineezen vertrouwen stellen, acht Lang de vloot tegen elke andere opgewassen, alles hangt echter af van de wijze waarop zij geleid worden Het oog van alle maritieme mogendheden, belust om nu eindelijk eens te zien, hoe de door hen aangpprezen vaartuigen zich in den strijd zouden houden, was strak op het Oost-Aziatische oorlogs- tooneel gericht en reeds heeft het niet ontbroken aan geschriften, waarin Japan's overwicht eenvoudig wordt toegeschreven aan zijn zwaar snelvuurgeachut, waarin nu eens aan de waarde van hetjaag- en hekgeschut, dan weer aan het vuur in de richting der breedte-as het meeste gewicht wordt toegekend alles op grond van de gevech ten. De toekomst zal leeren of ook aan de zee-officieren de oorlog tusschen Japan en China nieuwe gezichtspunten op tactisch gebied zal baren.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 33