337
alle chefs van korpsen en zelfstandige afdeelingen tegenwoordig waren
en die voorgezeten werd door den bevelhebber. In het bijzonder werd
daarbij gewezen op de mogelijkheid van klewangaanvallen en daar
tegen aanbevolen steeds op het dekken der flanken bedacht te zijn.
Is het niet opvallend, dat op den avond voor een gevecht een
Indisch bevelhebber zijn afdeelingscommandanten wijst op de mogelijk
heid van aanvallen met het blanke wapen en aanmaant om niet te vroeg
te stormen, daar de troepen dan uitgeput zijn en weerloos tegen een
klewangaanval?
De generaal kende zijn Pappenheimers
Doch het is vooral de waarschuwing tegen of de herinnering aan de
mogelijkheid van klewangaanvallen, die karakteristiek is en bewijst dat
wij, hetzij door sleur, hetzij door den verkeerden geest onzer voor
schriften, bij de oefeningen niet in de goede richting worden geleid en
te veel voor oogen hebben den vijand, die maar eens komt in eene eeuw
en te weinig den vijand, dien wij eiken dag, elk uur te bestrijden hebben.
Hieruit is het slechts te verklaren, dat op den vooravond van een
gevecht met een Inlandschen vijand onze onderaanvoerders nog moeten
worden herinnerd aan de mogelijkheid van aanvallen met het blanke
wapen