347 die strafbaarheid er niets toe doet, of de nagelaten dienstverrichting min of meer gewichtig was. Uit den aard der zaak moet een gegeven bevel in zijn geheel wor den volvoerd. De dader, die den hem opgedragen dienst met opzet gedeeltelijk onverricht heeft gelaten, is derhalve evenzeer schuldig als hij, die den ontvangen last in het geheel niet volbrengt. Maar hoe zal moeten worden gequalificeerd de handeling van een militair, die, een last ontvangen hebbende, daaraan voldoet, doch op eene andere wijze dan de bevolene? Zoo wordt b.v. aan een soldaat gelast om zijn geweer uiteen te nemen. Hij doet dit, maar niet op de reglementaire wijze. Zijn superieur, dit bemerkende, gelast hem om zijn geweer uiteen te nemen in de volgorde aangegeven bij 20 van het Voorschrift betref fende de wapening en munitie der Infanterie. De ondergeschikte weigert echter halsstarig aan dien last gevolg te geven, en zet, in strijd daarmede, zijn geweer op eene andere wijze uiteen. Of b.v. een officier, aan wien is opgedragen om met zijne troepen- afdeeling op een bepaalde plaats oefening te houden, doet dit op een ander terrein en door zijnen Chef gelast wordende om zich naar de aangewezen plaats te begeven, weigert daaraan te voldoen en gaat met de oefening voort op het door hem zeiven gekozen emplacement. Stellen dergelijke handelingen daar het misdrijf bedoeld bij art. 95 C. W.? Deze vraag behoort o. i. ontkennend te worden beantwoord. In de onderstelde gevallen geldt het niet de weigering om eene bepaalde dienstverrichting waar te nemen, maar alleen om eene dienst verrichting op eene bepaalde wijze of plaats uit te voeren. Het eerste nu is eene essentieel vereischte voor de toepassing van art. 95 C. W., terwijl het tweede eene overtreding tegen de krijgs tucht oplevert (c. f. arrest H. M. G. 6 Augustus 1886). Eene andere quaestie zoude het evenwel zijn, indien de wijze van uitvoering van het dienstbevel zoodanig van den dienst onafschei delijk was, dat bij eene andere uitvoeringswijze de dienst gezegd moest worden niet te zijn verricht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 370