348 Ten slotte nog eene opmerking. Yolgens de Indische jurisprudentie wordt ook voor de toepassing van art. 95 gevorderd, dat het dienstbevel stellig tot een bepaald persoon gericht moet zijn. Het opzettelijk nalaten van het volbren gen van dienstverrichtingen, welke uit de algemeene regeling van den dienst voortvloeien, is dus slechts eene krijgstuchtelijke overtreding. Dit is ook het gevoelen van Mr. Pols, gegrond op den aard van het misdrijf, 't welk niet is plichtverzuim of wandevoir, maar insu bordinatie, verzet tegen of ongehoorzaamheid aan een meedere in rang. A. Y. L. Barré.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 371