371 Het geheel, d. i. de eclaireerende linie, geleid door den commandant der voorhoede, die voor het verband in de linie waakt en daartoe van een scherp geluid gevend fluitje voorzien is. Ook de comman danten der verschillende patrouilles zijn van een fluitje voorzien. In dit geval heeft de eclaireerende linie een breedte van 1000 M. Ik hoor ons reeds toeroepen, dat het verband in deze linie spoedig zal verbroken zijn, te meer daar nu en dan het terrein hiertoe wel aanleiding zal geven, vooral als dit eenigszins bedekt wordt. Ook hierbij is het wij zouden haast schrijven: „oefening kweekt kunst" een quaestie van gewoonte. Doch zóó moeielijk is het bewaren van het verband ook niet, immers de cavalerist zit hoog, wat het verband houden zeer vergemakkelijkt en hij berijdt een paard, dat met het volste recht het terreinpaard bij uitnemendheid mag genoemd worden. Gaat bij dezen dienst de wilskracht van den ruiter samen met de volhar- ding van onzen braven Sandelhout en Macassaar, dan, wij verzekeren het u, wordt door onze cavalerie om zoo te zeggen geen terrein te zwaar geacht. Celebes, de Java-oorlog en Atjeh zijn daar om dit te stavenwat heeft het werkelijk schoon terreinrijden van onze cavalerie bij het verrichten van dezen dienst niet menigmaal de bewondering van de andere wapens opgewekt! En wij verzekeren u: wij kunnen het nogde oefeningen der veld- eskadrons staan er voor in zij toonen, wanneer de andere wapens ons voor hunne veiligheid aan het hoofd roepeD, dat ongeacht welk terrein, „voorwaarts" onze leus is. Keeren wij nog even tot het „verband houden" terug. Regel is, dat het verband naar de zijde van de spits bewaard wordt; de rechterdoorzoekingspatrouille houdt dus het verband naar links, de linkerdoorzoekingspatrouille naar rechts en daar vooral op de vleugels der éclaireerende linie het verband houden toezicht eischt, rijden de commandanten der doorzoekingspatrouilles (in de figuur door aangegeven) tusschen den middelsten en den buitenwaarts rijdenden ruiter in. Doen er zich nu en dan terrein hindernissen voor, die het voorwaarts gaan van enkele éclaireurs beletten, welnu dan sluiten dezen bij hun nevenruiter aan (zie fig. IV bij E). Is het te voorzien, dat enkele

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 394