390 terugtrokkende beide andere compagnieën van het voorhoedebataljon begaven zich onmiddellijk in N. richting, ten einde deze benden onder vuur te nemen. Zoodra kwamen deze compagnieën evenwel op de open vlakte, of zij werden met zulk een goed onderhouden vuur van de Chineesche oorlogeschepen uit de haven begroet, dat voortrukken onmogelijk was. Het bataljon verzamelde zich te Foenghiewo (9 u 30 door de rest van den linkervleugel gevolgd. Twee dooden en vier gewonden waren gevallen, terwijl acht vuurmonden en een groote voor raad munitie werden buit gemaakt. Generaal Jamagoetsji verliet met zijn korps (rechtervleugel) Want- sioentang te 6 uur vm. en volgde den weg naar Foenglintse, de vijanden, welke zich hier en daar hadden opgesteld, voor zich uitdrijvend. De heuvelen ten Oosten van Foenglintse werden spoedig genomen. Toen werden de vluchtelingen gesignaleerd, welke ook door den linkervleugel onder vuur zijn genomen. Het was omstreeks 9 uur vm. Enkele stukken kwamen in stelling en openden het vuur, bij gestaan door drie compagnieën infanterie. Een 300 tal hunner hielden nog stand, bezetten een heuvel en weerden zich krachtig. Met een verlies van verscheidene dooden en met achterlating van een Krupp kanon werden zij teruggedreven. Te 11 uur was Jamagoetsji meester van Janghietoen en de Oostelijk daarvan liggende kampementen. Niet lang daarna ontving eene compagnie, welke ten Noorden van laatstgenoemde plaats was afgezonden, een hevig vuur van de Chineesche oorlogs8toomers: het was onmogelijk om hiertegen op te tornen en de troepen trokken achter de heuvelrij nabij Foenglintse terug. Het is niet doenlijk de sterkte te bepalen van de Chineezen, welke tot de verdediging van dit terrein hebben medegewerkt; waarschijnlijk bedroegen zij 700, terwijl de benden, welke in de richting van Wei- hai-wei vluchtten, zeker eene sterkte van 2000 man moeten bedragen hebben. 120 a 130 dooden en 30 gewonden werden aan Chineesche zijde op het slagveld achtergelaten, terwijl de troepen van Jamagoetsji aan gewonden 50, aan dooden 1 officier en 38 man verloren. Wat was intusschen van de rechtercolonne (6e divisie) geworden, die ingevolge bevelen van den opperbevelhebber op de rechterflank der 2° divisie in het terrein van Potsjihiaisoe moest ageeren?

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 417