426 wat is de koelste middag- en de warmste ochtendtemperatuur, die voorkomen kan. Het blijkt uit staat B. N°. 4, dat er te Garoet een dag geweest is in Maart 1891, waarin de middagtemperatuur niet boven 21°8 is gestegen, terwijl ook in Juli daar ter plaatse een geheele dag bijzonder koel is geweest met een maximum-temperatuur vaD 22°9. Bandoeng met 29°2 als koelste middagtemperatuur in Mei en 29°8 in September treedt hier op als warmste plaats, terwijl Tjiandjoer volgt, waar gedurende October het middagmaximum niet onder 29.6 graden daalde, daarop volgt Garoet met 28°7 in October en verder Soekaboemi en Tjimahi met 27°9 en 27°0 als extremen. Uit tabel B. N°. 5, waarin wordt aangewezen tot hoe laag bij een warmen nacht de temperatuur daalt, blijkt dat deze temperatuur zich tusschen vrij enge grenzen beweegt, maar dat ochtendtemperaturen van 23 graden, zooals die voor kunnen komen (zij het dan ook zelden) te Tjimahi, Tjiandjoer en Soekaboemi, op de overige plaatsen nimmer zijn waargenomen, waar de hoogste ochtendtemperatuur nimmer boven 21° steeg. De volgende tabellen B. N°. 6 9 zijn uit een oogpunt van den invloed van het klimaat op den mensch de belangrijkste van alle. De tabel B. No. 6 is gevormd door de verschillen te nemen tusschen de hoogste en laagste temperaturen, die gedurende eene maand zijn waargenomen, van waar de naam: „maandelijksche schommeling." Deze tabel geeft dus het verval in temperatuur aan, dat gedurende eene maand is voorgekomen, of den afstand, die gelegen is tusschen de beide extremen. Het zijn deze staten, die veroorloven een direct oordeel te vormen omtrent de mildheid of ruwheid van het klimaathoe kleiner de getallen, hoe zachter het klimaat. Reeds op den eersten aanblik toont tabel B. N°. 6 aan, dat Tjimahi met 8°4 in April 1892 het zachtste klimaat heeft, daarna Tjiandjoer met 9°2 in Maart 1892. Een zuiverder beeld wordt echter gevormd door de gemiddelde waarden over het tijdvak Mei 1891Mei 1892. Tabel YI. Tjimahi Tjiandjoer 11°40 12°05

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 455