483 droes, omdat de eigenschappen der smetstof, dei levende organismen, welke aan die smetstof ten grondslag liggen, maken dat, wat voor de eene ziekte een onoverkomelijke barrière vormt, voor de andere geenszins den weg verspert, omdat b. v. de smetstof van influenza en van goedaardigen droes buiten het paardenlichaam zich geheel anders gedraagt dan die van kwaden droes. In het wilde weg, door zenuwachtigen angst gedreven, veel omvat tende en dure maatregelen te nemen, baat niets. Dat spreekt van zelf, zal men zeggen. Ja zeker, wanneer we dat zoo kalm bespreken is het zoo klaar als de dag, even duidelijk als de mogelijkheid om bij brand een volle schouwburgzaal te ontruimen, alvorens één bezoeker is gebraden, maar ongelukkig ziet men dagelijks toch in dien geest zondigen, waar toch meer tijd tot nadenken gegeven is dan bij een brand in een komediegebouw. Bij de cholera-epidemie in Hamburg zijn zulke hinderlijk domme dingen gedaan, is zoo'n behoefte gebleken van het redeloos angstige publiek om toch wat te doen, dat men er werkelijk om moet lachen. Die plotselinge totaal-onthouding van bier bij men- schen, welke gewoon waren zich dagelijks ettelijke malen vol te gieten, omdat buitensporigheden in zake eten en drinken licht digestiestoor- nissen verwekken, die den weg effenen tot cholera- infectie, dat zinneloos werken met ontsmettingsmiddelen, hetwelk op doellooze verspilling en op verspreiding van veel stank neerkwam, zoo iets doet denken aan zoenoffers, die men wilde brengen aan vertoornde goden, maar niet aan handelingen van denkende menschen. Maar in Indië is ook niet steeds de wetenschap en het nadenken aan het woord geweest bij de bestrijding van besmettelijke ziekten onder menschen en dieren, getuige de proeven door leeken genomen, op gezag van hoogerhand tot genezing van runderpest en van beri-beri, En zoo heeft men in '91 een officier van gezondheid en een officier der genie kwaden-droesbacillen willen laten temmen, waarbij moeielijk anders kon voorzitten dan de gedachte, dat intimidatie der microben tot het doel moest leiden. Neen, ook deskundigen mogen vaak falen in hetgeen zij beoogen en dikwijls niet eensgezind denken, men moet toch erkennen, dat zij meer kans hebben hun doel te bereiken dan willekeurige leeken en als ik dat zeg, zal men mij toch zeker niet van aanmatiging kunnen beschuldigen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 512