2
bij het subsistentenkader te Batavia, de maj. P. W. Stort;
bij de gam. comp. van Bantam, de le It. J. F. Cornelius
bij het garn. bat. van Palembang, de le It. K. M. de Jager.
Artillerie.
Bij de 6e comp. te Kota Radja, de le It. J. B. Zon.
Cavalerie.
Bij de esk. te Salatiga, de le It. T. L. S. Nedermeijer Ridder van
Rosenthal.
Genie.
Bij den gew. en plaats, geniedienst in de 3e mil. afd. op Java te Soera-
baja, de kap. J. C. C. Peereboom.
Militaire Administratie.
Bij den raad van adm. van het subsistentenkader te Padang, de 2e
lt.-kwm. A. Terwiel.
Geneeskundige dienst.
Bij den gew. en plaats, geneesk. dienst, in de 2e mil. afd. op Java,
te Magelang, de off. v. gez. 2e kl. J. F. Langenbergh;
bij dien van Atjeh en O., de dirigd. off. v. gez. le kl. C. H. Yechtmann.
OVERGEPLAATST.
Departement van Oorlog.
Bij de Ille afd. (Hoofdbureau der Artillerie), de le It. J. J. Hemmes.
Gewestelijke en plaatselijke staven.
Als plaatsel. commandant te Batavia, de lt. kol. Jhr. E. H. F. Leijssius;
als plaatsel. commandant te Semarang, de lt. kol. H. H. Rink.
Infanterie.
Bij het 2e bat., de le lt. C. van Assendelft;
bij het 3e bat., de le lt. E. van Harencarspel
bij het 6e bat., de kap. L. F. J. A. Glaser en de le lts. J. Spoel en
E. G. A. Slors;
bij het 9e bat., de le lt. C. Reedijk;
bij het 10e bat., de le lt. H. O. Schroder;
bij het 11e bat., de le lt. R. F. de Ravallet;
bij het 12e bat., de le lts. K. F. E. Gerth van Wijk en A. W. A. de
Koek van Leeuwen;
bij het 14e bat., de le lt. E. G. E. Lutje;
bij het le dep. bat., de kap. C. J. van Dort;
bij het 2e dep. bat., de maj. H. L. Vorstenbos en de le lt. P. Boltman;
bij het 3e dep. bat., de 2e lt. C. A. de Leau;
bij het 2e rekr. bat., de maj. P. J. A. van Neer en de kap. C. G. T.
van Erpers Roijaards;
bij de garn. comp. van Benkoelen, de le It. W. S. A. A. H. M. van
Rijswijk de Jong;
bij het garn. bat. van Palembang, de kap. S. Boodt;
