54 1 2 3 4 1 b c d f 9 2 h j k l m 3 n P 3 r s 4 t V z a e u Door aan te geven in welke horizontale en in welke verticale rij eenige te seinen letter staat, kan men die letter met nauwkeurigheid aanduiden. Door 1, 2, 3 of 4 slagen naar links wordt de horizontale rij aangewezen, waarin de te seinen letter voorkomt, met slagen naar rechts de verticale rij. Wil men bijv. de ij seinen, dan geeft men 4 slagen naar links, onmiddellijk gevolgd door 3 slagen naar rechts, hetgeen dus beteekent, dat de letter staat in de 4° horizontale en de 3® verticale rij. Daar vindt men dan de ij. De letters b, h, n en t worden aangeduid resp. door één, twee, drie of vier slagen links, de a, e, o en w door één, twee, drie en vier slagen rechts. Om de cijfers te seinen heeft men daarvoor de volgende teekens aangenomen voor 1 wordt geseind de letter b De leesteekens: komma, kommapunt, dubbelpunt, punt, vraag- teeken en uitroepingsteeken worden respectievelijk aangeduid met dezelfde teekens als de letters f, g, lm, s en v. V tv 0 V h i> n 11 v v n n Tt t n n n v e n O 1 V 1) U JJ u j S n P

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1895 | | pagina 69