71
was door de S. Djankok; dan werd ook steeds het aantal dwang
arbeiders versterkt. Toen eenmaal de ijzeren brug over deze rivier klaar
was, is hiervan gebruik gemaakt om de rivier te passeeren.
De kanonnen van 12 cM. K. werden aan den belegeringsvoor-
wagen gekoppeld op dezelfde wijze vervoerd als de kanonnen van
12 cM. A. Slechts een keer is een kanon van 12 cM. K., door
10 paarden getrokken, opgevoerd en wel naar Sekarbela. Dit was
den dag na het oprichten van dien post, toen er niet voldoende
koelies waren. Om het kanon de kleine slootjes te doen passeeren
werd een draagbare brug meegevoerd, welke vele diensten heeft bewezen;
later bij de bewapening van Pagasangan-Oost waren alle waterleidingen,
die den transportweg sneden, door de genie overbrugd. De galangans
waren afgestoken, zoodat het overtrekken van de sawah geen bezwaar
opleverde. Dat kanon is op deze wijze gebracht naar Kalé, van
waar het den volgenden dag door Sasakkers is opgevoerd naar Sekarbela.
De mortieren van 20 cM. met stoelen zijn steeds vervoerd met de
onderstellen der gekoppelde voorwagens van de veldbatterij. Hiertoe
werden mortier en stoel, ieder afzonderlijk, flink vastgesjord op het
onderstel van voor- of achterwagen. De voor- of achterwagen werd
zoo dicht mogelijk bij den mortier of stoel gereden, nadat deze recht
overeind waren gezet, en de dissel- of langboom zooveel noodig gelicht.
Daarna liet men zachtkens strijken, zoodat zij gedeeltelijk op den
voor- of achterwagen rustten. Na goed vastgesjord te zijn, werd de dissel-
of langboom neergehaald en tevens mortier of stoel gelicht. "Vervol
gens werd mortier of stoel zooveel noodig vooruit of achteruit gebracht
in verband met de voorwichtigheid van het voertuig en daarna defini
tief bevestigd. Ter voorkoming van beschadiging waren planken op
de onderstellen vastgemaakt. Een normale bespanning van 6 paarden
kon het voertuig aldus beladen gemakkelijk naar alle posten brengen.
Slechts bij hooge uitzondering is voor het opvoeren van een stoel,
ter verwisseling van een defect geraakte op een der posten, weieens
gebruik gemaakt van de karren van den trein. Deze wijze voldeed
evenwel minder goed en zou geheel onbruikbaar geweest zijn op
eenigszins moeilijk terrein, terwijl de gekoppelde voorwagens door
alle terreinen te gebruiken waren.
De Coehoornmortieren, die aanvankelijk op de posten waren geplaatst