108
zouden genieten als belooning voor het vervullen der buitengewone
dienstplichten aan hunne betrekkingen verbonden.
Vier jaar later werden bij K. B. van 12 Januari 1866 de jaar
lij ksche traktementen van de bij het V. K. van het Werfdepot
gedetacheerde 1® en 2e luitenants verhoogd met f 100.
Keeren wij nu terug tot het werfdepot te Altona; tot bekoming
van manschappen voor onzen kolonialen militairen dienst stond dit
rechtstreeks in verbinding met oi s aldaar gevestigd consulaat en
verder met de Nederlandsche consuls en consulaire agenten in Noor
wegen. Wanneer personen zich voor genoemd doel bij dezen aan
meldden, moesten die agenten zich verzekeren, dat zij aan de gestelde
eischen van leeftijd, lengte, ongehuwd zijn enz. voldeden en in het
bezit waren van de benoodigde papieren, bestaande in geboorte- of
doopacte, certificaat van goed gedrag en van een bewijs, dat aan
al hunne militaire verplichtingen tegenover hun vaderland was voldaan,
welke stukken alle door de betrokken consuls geviseerd werden.
Aan die voorwaarden voldoende, werden die aspiranten door de
consuls van reismiddelen voorzien, op het consulaat te Altona gedi
rigeerd, dat hen op zijn beurt overgaf aan de keuringscommissie
aldaar.
Bij goedkeuring werden zij door de zorgen dier commissie naar
Nederland overgebracht met een der stoombooten, die geregeld van
Hamburg naar Amsterdam in de vaart warenbij aankomst in deze
plaats werden zij door tusschenkomst van den plaatselijken commandant,
die rechtstreeks kennis kreeg van het vertrek van detachementen
uit Altona, naar Harderwijk getransporteerd.
Bij definitieve aanneming bij het Koloniaal Werfdepot ontvingen
zij een handgeld van f 120.
De recruten, die hier te lande te Harderwijk voor den Iudischen
militairen dienst werden afgekeurd, werden weer op Amsterdam
gedirigeerd en vandaar door tusschenkomst van den plaatselijken
commandant per bootgelegenheid naar Altona teruggezonden, waar
het consulaat verder orde stelde op den terugkeer naar hun vaderland.
Hoewel zich aanvankelijk nog enkele moeilijkheden voordeden met
de afgifte der bewijzen van goed gedrag, konden toch reeds in April
1862 de eerste transporten aangeworven Noren door de keurings-