138
bij eene organieke formatie van 24; deze is dus 3/4 van eerstge
noemde. Geen enkele reden is er om aan te nemen, dat die ver
houding in de toekomst kleiner worden zal, want thans zijn buiten
gewoon veel le luitenants met verlof. De met het oog op hetgeen
volgen zal gunstigste onderstelling is, dat de verhouding van 3/4 ook
voortaan bewaard blijft.
Het is duidelijk, dat alsdan bij eene organieke formatie van 19'
le luitenants, de vermoedelijke totale sterkte 19 X of 25 bedragen
zal. Eene inkrimping der organieke formatie met 5 plaatsen komt
dus strikt genomen neer op het reduceeren der totale sterkte van
32 tot 25deze ondergaat dus eene vermindering van 7. En dit
is nog het gunstigst denkbare geval bij een maximum aantal ver
lofgangers, a la suite gevoerden enz. Was toch b. v. gesteld, dat
niet 1I3 maar 1/i afwezig is, dan zou de vermoedelijke totale sterkte
dalen tot: 19 X f of 24 en dus 8 minder bedragen dan thans. Op
zijn voordeeligst bekeken mag men derhalve beweren, dat 7 eerste
luitenantsplaatsen ingediend zullen moeten worden, d. w. z. de namen
vau zooveel hunner uit de ranglijst verdwenen zijn, voordat in dien
rang normale verhoudingen zijn ingetredeu. Het jaarlijksch verloop
op 3 officieren stellende (zie blz. 134) zal daarmee ruim 2 jaar ge
moeid wezen. Zoolang wordt bijgevolg minstens de promotie vertraagd
van hen, welke bij de inwerkingtreding het ongeluk hebben nog
2e luitenant te zijn! Nu gaat reeds in gewone tijden de promotie
bij de genie zoo langzaam, dat extra-vertragingen en dan nog wel
van zulken omvang allerminst gemotiveerd zijn.
Resumeerende komen de bedenkingen hierop neer, dat tengevolge
van het opheffen van 5 eerste luitenantsplaatsen, 1° alle lc luitenants
jongste helft hun komst bij de oudste helft met één jaar uit
gesteld zien; 2° aile 2° luitenants hun bevordering tot 1® met miu-
stens twee jarenDe belangen van stellig een twintig officieren
worden daardoor wat al te kras benadeeld. Ware geen andere
uitweg mogelijk, men zou zich in het onvermijdelijke moeten schikken^
troost puttende uit de gedachte, dat reorganisatiëa gewoonlijk slacht
offers willen. Welnu, die uitweg bestaat. Daartoe bepale men eenvou
dig, dat de op te heffen luitenantsplaatsen uitsluitend gezocht zullen
worden op de 2e luitenants en het aantal der le luitenants mitsdien.