148
jaarlijksche verloop. Over die jaren mag men bijgevolg niet ver
wachten, dat de werkelijke sterkte io Indië ook maar het geringste
tot de nieuwe formatie naderen zal, tenzij buitengewone maatregelen
tusschenbeide treden.
In het voorjaar van dit jaar, het tijdstip, waarop het aantal aan
de Koninklijke Militaire Academie wapensgewijze te vervullen plaat
sen bekend wordt gemaakt, wist men zeer goed, dat de genie zou wor
den ingekrompen, want het daartoe strekkende rapport der com
missie was al in October 1894 ingediend. Alleen werden nog
eenige formaliteiten goedkeuring door de Kamers, de Koninklijke
bekrachtiging etc. vereischt, tengevolge waarvan de afkondiging
der inkrimping eerst later zou kunnen gebeuren. Men had dus
reeds toen gerust mogen handelen of zij al haar beslag had; voor
zichtiger ware het althans geweest.
Ook kon men toen weteD, dat bij het in practijk te brengen stelsel
der geleidelijke inkrimping tot einde 1897 verloop en aanvulling
elkaar compenseeren zullen en dus van vermindering van het offi
cierskorps eerst na genoemd jaar sprake zijn kan, onder voorwaarde
dat gezorgd wordt, dat er dan ook geen nieuwe officieren meer bij
komen. Ja, men kon zulks weten; maar er aan gedacht heeft men niet.
Althans in dit jaar werden tot aller verbazing 4 cadetten benoemd.
Van hen zullen bij den tegenwoordigen driejarigen cursus stellig
8 in 1898 officier zijn en, daar zij niet meer evenals vroeger de
krijgsschool behoeven te volgen en mitsdien onmiddellijk uitgezonden
worden, zal men in dat jaar weer eenige jeugdige luitenants voet
aan wal zien zetten, aan wie volstrekt geen behoefte bestaat. Dan
wegen aanvulling en gewoon verloop weer tegen elkaar op en daar
mee blijft het overcompleet boven de nieuwe formatie even groot
als nu in 1895 en alles bij het oude.
Wanneer dan ook niet de eerstvolgende jaren elke aanvulliog
gestaakt wordt, zal men nimmer in den gewenschten toestand ge
raken; zal de nieuwe formatie slechts op papier bestaan; zal een
massa geld nutteloos worden uitgegeven; zullen ook de toekomstige
genieofficieren geen betere dagen beleven
Ook het belang van het individu vordert zulks. Het gaat niet
aan, jongelieden in een carrière te laten treden op een oogen-