157 zoeken. Werkelijk, ik heb altijd gedacht, dat de cavaleristen nogal vlot door alle terreinen gingen, de Inlanders natuurlijk minder goed dan de Europeanen. Wei herinner ik mij daarentegen, dat ik mijne manschappen vaak moest kalmeeren, daar zij anders met hunne paar den getracht zouden hebben, zelfs in de boomen te klimmen. Sala- tiga, de bakermat der cavalerie, levert dan ook de schoonste gelegen heid op voor terreinrijden en zooals ik ze elders nimmer ontmoette. De speciale oefening, terreinrijden voor den troep, acht ik over het algemeen in Indië niet bepaald noodzakelijk, want bij het maken van militaire marschen en velddienstoefeningen is men al zeer spoedig genoodzaakt, of men wil of niet, terrein te rijden; in ieder geval wordt bij die gelegenheden de troep er ook voldoende in geoefend. Gaarne geef ik J. verder toe, dat men noch terreinrijden, noch terreindoorzoeken leert op een klein en vlak exercitieterrein, doch ik zag dit ook, zoover mijn geheugen reikt, nimmer den troep op dergelijk terrein onderrichten, hoe gehecht men te Salatiga ook aan de Bult moge zijn. Met het programma voor de oefening van den cavalerist, hetwelk nu volgt, kan ik mij in hoofdzaak wel vereenigen, hoewel dit niet veel nieuws bevat, doch in geen geval, zooals ik boven reeds breedvoeriger besprak, met ongeveer geheele terzijdestelling der pelotons- en eskadronsoefeningen. Ook ik zie voor mijn persoon even min het nut in van ingewikkelde velddienstoefeningen, daar de taak der cavalerie in oorlogstijd zich meer tot het eenvoudige zal bepalen zonder echter daarbij gemakkelijk te zullen zijn. Het stelselmatig maken van groote marschen komt mij voor niet dat nut te hebben, hetwelk men er aan hecht. Bijna iedereen verveelt zich en de officieren hebben de handen vol, om de menschen wakker te houden en te zorgen, dat de paarden behoorlijk gereden worden. Dit is nu wel alleen geen reden om de marschen af te schaffen, doch gerech tigd is de vraag, welk nut hebben ze dan zoo speciaal? Ik voor mij geloof, dat men de paarden evengoed op adem brengt door exerceeren en velddienstmaken. Gedurende mijne detacheering in Nederland zag ik nimmer een militairen marsch maken en toch verzeker ik U, dat de paarden bij de groote manoeuvres goed op adem bleken te zijn. In tegenstelling met J. zoude ik echter het velddienstreglement voor de cavalerie gaarne afgeschaft, of liever gezegd sterk gewijzigd

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 172