166
Het zooeven bedoelde detachement werd gesteld onder de orders
van kapitein Salmon d, aan wien, evenals aan den bij het detachement
ingedeelden luitenant HuslaiD, de noodige instructiën werden gegeven.
Deze instructiën waren gegrond op de bovenvermelde briefwisse
ling met Sulthan Achmet;
Den 20en Juni 1818 vertrokken deze troepen,
Den 24en Juni zond Raffles kapitein Salmond nog een brief na, welke
gericht was aan onzen regeeringscommissaris te Palembang, en een
proclamatie, die in Palembang moest afgekondigd worden, ingeval de
Nederlandsche commissaris niet dadelijk na ontvangst van evengenoem
den brief, zijn troepen deed aftrekken. In dezen brief, zeide Raffles ver
der, dat hij, indien de commissaris-generaal op Java de brutalen heb
ben de halve wereld zijn protest niet eerbiedigde, zich verplicht zou
zien, door den geheelen Indischen Archipel te verklaren, dat onze bemoei
ingen met Palembang onwettig en de maatregelen en beschikkingen van
onzen regeeringscommissaris Muntinghe van nul en geener waarde
waren. (1)
Voorts schreef hij, daft hij verwachtte, dat het N. I. Gouvernement
wel spoedig last ontvangen zou, Palembang te ontruimen; dat hij
zich in elk geval te dezer zake tot de Engelsche regeering zou wenden,
opdat de regeeringen in Europa zouden kunnen beslissen, in hoever
de maatregelen van den regeeringscommissaris Muntinghe waren
overeen te brengen met de voorwaarden, waarop Bangka aan de
Nederlanders was afgestaan. (2) Tot zoolang zou hij blijven weigeren,
Padang aan ons over te geven. (3)
(1) Zulks heeft Raffles oolc gedaan bij zijn openlgk protest, dd. 12 Augustus 1818.
(2) Bij de overgave van Palembang in 1816 aan het Nederlandsoh Gouvernement,
waren aldaar eenige mooielijkheden gerezen tusschen de Engelsche en Nederlandsche
autoriteiten. Eerstgenoemden waren van oordeel, dat Nederland verplicht was, zich
te houden aan de overeenkomsten gesloten door het Engelsch-Indisch gouvernement
en den Sulthan van Palembang. De Engelsche autoriteiten verbonden deze voorwaarde
aan de overgave van Bangka. De Nederlandsche commissarissen weigerden deze
voorwaarde aan te nemen. Palembang en Bangka werden toen den 19en Augustus
1816 aan ons overgegeven, onder voorbehoud, dat de nog bestaande gesohillen door
de wederzpdsche Europeesche kabinetten zouden worden vereffend. Dit is dan ook
later geschied. De Nederlandsche commissarissen werden in het gelijk gesteld.
(8) Levijssohn Norman geeft op, dat Raffles als voorwaarde voor de overgave Yan
Padang stelde het terugbetalen der tekorten, die deze bezitting sedert 1795 voor de
EDgelschen had opgeleverd. Ook luitenant-kolonel II. M. Lange beweert dit in zijn
N. I. Leger ter Westkust van 8umatra, le Deel, blz. 2.