210
Mag bovendien uit de totaalcijfers der begrooting zelfs al zijn die
even hoog of hooger dan esn vorig dienstjaarhet besluit getrokken
worden, dat er weinig gedaan is oni te trachten de financieele lasten
te verminderen? Ik geloof het niet, ik vermeen dat in de laatste jaren
dan ook alle krachten worden aangewend om ten opzichte van het
Indische leger zooveel mogelijk te bezuinigen.
De opheffing van de Militaire school en van de Schietschool en
tal vau reorganisatiën, zoo uitgevoerde als nog in bewerking zijnde,
zijn het gevolg van dit bezuinigingsstreven.
Om tot bezuiniging te geraken zijn volgens schrijver vele maat
regelen te nemeii. In zijn brochure wordt slechts één dier maatregelen
aangegeven, n.l. de samensmelting der officierskaders vanhetNeder-
landsche en van het Oost- en West-Indische leger. Hiervan worden
uitgezonderd de officieren van den geneeskundigen dienst, benevens
enkele categorieën van Nederlandsche officieren (van den Plaatse
lijken en Provincialen Staf, van de Marechaussees enz.). De eerst
bedoelde officieren wegens de zeer bijzondere wijze, waarop de
officieren van den geneeskundigen dienst, voor de koloniën bestemd,
worden opgeleid en aangesteld en welke geheel verschilt van die,
welke voor de officieren van hetzelfde dienstvak in Nederland geldt
en ook, omdat het aantal officiereu van den geneeskundigen dienst
in de koloniën aanmerkelijk grooter is dan dat in Nederland.
Als men de tijdelijke maatregelen buiten beschouwing laar, is
het groote verschil slechtB te vinden in de bevoegdheid om in Indië ook
vreemdelingen tot officier van gezondheid te benoemen, die in hun
land aan het staatsexameu hebben voldaan. Zij moeten daartoe echter
aan het practisch artsexamen voldoen. Tijdelijke maatregelen kunnen
echter in de tegenwoordige omstandigheden wel buiten beschouwing
worden gelaten. Daar waar in het moederland vele jonge genees
kundigen zich met een schamele praktijk tevreden stellen moeten, zou
tegenwoordig een aanvulling van den geneeskundigen dienst zoo in
Nederland als de koloniën met uitsluitend Nederlandsche artsen niet
onmogelijk zijn. Een regeling, waarbij dus opleiding en aanstelling
geheel gelijk zijn, zou best te treffen zijn.
Een bezwaar echter zou terecht gelegen zijn in de omstandigheid,