277 den, 2 officieren, 12 soldaten, 75 dwangarbeiders, zoomede 2 krijgs gevangenen. Eene compagnie infanterie, onder kapitein Kievits, die in den morgen van den 19611 Januari door de kloof van Blang Kala naar Lam Pagger vertrok om vivres te halen, kwam eerst den volgenden dag om 8 uur des avonds in het bivouak terug. Voorts ontdekte de overste Meijer, toen hij op den 19LU Januari met 2 zijner adjudanten in Noordelijke richting langs het strand reed, een paar verlaten borstweringen met geladen 6 ponders in batterij, hetgeen aanleiding gaf om er des anderen daags heen te zenden de compagnie van Swieten met eenige artilleristen en mineurs, om een en ander op te ruimen. De brigade opnemers sloot zich hierbij aan om het terrein op te nemen. Op den 21en Januari vond een oorlogsmarsch plaats, waaraan onder bevel van den majoor Diepenheim deelnamen de 4 compagnieën van het 36 bataljon, de mariniers en 1 sectie artillerie, ook de overste Meijer en kapitein Meijer met zijn opnemers. Langs een vrij goed, tamelijk breed voetpad gaande door de kam pongs Loknga en Lam Koeh in de richting van de kloof van Djempit, waarvan de generaal wel iets meer wenschte te weten te komen, stuitte de colonne nabij den voet van het gebergte op een modderpoel, waaroverheen slechts een enkele boomstam lag. Wijl de artillerie hier niet passeeren kon, alvorens de le luitenant Kuijl met zijn mineurs er een brug geslagen had, ging de overste Meijer met 1 compagnie infanterie en de opnemers over den poel, om zijne verkenning voort te zetten, terwijl de overige troepen aldaar achterbleven om op den terugkeer van Meijer te wachten. Een zeer moeielijk te doorloopen terrein, een smal, kronkelend, mod derig voetpad bracht den troep alsnu aan den ingang der gezochte kloof. Een verder doorzetten der verkenning werd niet geraden geacht en dientengevolge keerde de colonne op haar schreden terug, vereenigde zij zich weder met de achtergeblevenen bij den modderpoel, waarover nu een voor infanterie geschikt bruggetje lag en arriveerden allen des middags om 1 uur te Pakan Kroeng Raba, zonder dat er door den Atjeher een schot was gelost.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1896 | | pagina 292